ECLI:NL:GHARL:2018:6169
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
- Hoger beroep
- M. Wijma
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van de beslissing van de kantonrechter inzake administratieve sanctie opgelegd aan kentekenhouder
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de beslissing van de kantonrechter van de rechtbank Noord-Nederland, die op 19 september 2016 een beroep van de betrokkene gegrond verklaarde en de beslissing van de officier van justitie vernietigde. De betrokkene had een administratieve sanctie van € 400,- opgelegd gekregen wegens het verlopen van de geldigheid van het keuringsbewijs van zijn voertuig. De kantonrechter oordeelde dat er onvoldoende bewijs was dat de sanctie was opgelegd door een bevoegde ambtenaar, omdat de naam van de verbalisant en het aktenummer ontbraken in het dossier.
De gemachtigde van de betrokkene heeft hoger beroep ingesteld en betoogd dat de kantonrechter niet zonder nader onderzoek kon oordelen dat de sanctie aan een specifieke verbalisant kon worden toegerekend. Het hof heeft echter geoordeeld dat de afwezigheid van de naam van de verbalisant of het aktenummer niet betekent dat de sanctie niet door een bevoegde ambtenaar is opgelegd. Het hof verwijst naar een eerder arrest van de Hoge Raad waarin werd geoordeeld dat ambtenaren van de RDW bevoegd zijn om op basis van registercontroles vast te stellen dat een kentekenhouder niet aan zijn APK-verplichting voldoet.
Het hof bevestigt de beslissing van de kantonrechter, maar met verbetering van gronden. Het verzoek om proceskostenvergoeding wordt afgewezen. De beslissing van het hof is genomen op 4 juli 2018 en is uitgesproken door mr. Wijma, in tegenwoordigheid van mr. Pranger als griffier.