Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.[Geïntimeerde 1] ,
[Geïntimeerde 2],
1.Het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De vaststaande feiten
1.1 Verhuurder verhuurt aan huurder en huurder huurt van verhuurder de zelfstandige woonruimte, hierna ‘het gehuurde’ genoemd, plaatselijk bekend gemeente [Plaatsnaam] aan de [Adres] , 2de verdieping. (…)”
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
€ 1.000,- per overtreding en/of per dag dat [Appellant] daarmee in gebreke zou blijven, met veroordeling van [Appellant] in de proceskosten.
5.De motivering van de beslissing in hoger beroep
Het hof neemt pleitnota 67 daarom tot uitgangspunt. Hoewel het hof constateert dat deze pleitnota in strijd met artikel 4.5 Landelijk Procesreglement achttien pagina’s beslaat, zal het hof de in het geding gebrachte pleitnota toestaan. Het hof maakt uit hetgeen hiervoor staat beschreven op dat [Appellant] de tekst van randnummers 58 en 60 aan zijn pleitnota heeft toegevoegd toen hij gelegenheid kreeg om op de pleitnota van [Geïntimeerden] te reageren. Het hof mag er daarom niet van uitgaan dat [Geïntimeerden] op de tekst van randnummers 58 en 60 heeft kunnen reageren. Het hof zal [Geïntimeerden] hiertoe ook niet in de gelegenheid stellen, en verwijst naar hetgeen hierna in rov. 5.7 wordt overwogen.
in het geding zijnde items”. [Appellant] heeft aangevoerd dat de kantonrechter in desbetreffend vonnis heeft overwogen: