Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
1.Artpollo V.O.F.,
[geïntimeerde2] ,
[geïntimeerde3] ,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De vaststaande feiten
.
het bestaande geschil over de inhoud van de mondelinge aanvullingen op het contract en de financiële gevolgen daarvan, alsmede een mogelijk geschil over de eindafrekening per 1 juli 2015 ter beslechting voor te leggen aan een arbiter. Op dit voorstel is Artpollo niet ingegaan.
3.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
4.De motivering van de beslissing in hoger beroep
grieven 1 tot en met 3komt [appellant] op tegen het tussenvonnis van 24 mei 2017 waarin de rechtbank heeft geoordeeld dat [appellant] niet in zijn bewijsopdracht is geslaagd.
grieven 4 en 5zien op de beslissing van de rechtbank bij tussenvonnissen van 24 mei 2017 en 20 september 2017 dat een deskundige zal worden benoemd respectievelijk deze te benoemen, waarbij is bepaald dat elke partij de helft van het voorschot dient te dragen. Aangezien de rechtbank bij vonnis van 17 januari 2018 de zaak zonder een deskundigenbericht heeft afgedaan, heeft [appellant] geen belang bij een bespreking van deze grieven.
grief 6komt [appellant] op tegen het eindvonnis onder 2.7. voor zover de rechtbank daarin overweegt dat de door Artpollo c.s. gestelde vordering van € 71.963,57, inclusief btw onweersproken is gebaseerd op de door [appellant] aangeleverde cijfers.