Uitspraak
verzoeker in hoger beroep,
1.De procedure bij de kantonrechter
2.De procedure in hoger beroep
- het beroepschrift met producties, binnengekomen bij de griffie van het hof op 17 maart 2022;
- het verweerschrift met producties;
3.Samenvatting van het geschil en de beslissingen
4.De motivering van de beslissing van het hof
Zoals ik al eerder heb aangegeven ga ik niet 1 op 1 met je in gesprek.
In het gesprek op woensdag 23 september hebben wij het volgende met elkaar afgesproken
- Je hebt aangegeven het niet eens te zijn met het gemaakte gespreksverslag van 4 september 2020. Wij hebben afgesproken dat je in het document aangeeft waar je bezwaar tegen maakt.
- Wij hebben je verzocht aan te geven of je je herkent in de door de directie geformuleerde verbeterpunten, zoals beschreven in het gespreksverslag van 4 september.
- De directie heeft aangegeven geen aanleiding te hebben om de geformuleerde verbeterpunten te herzien. Wij hebben gevraagd of je bereid bent te werken aan deze verbeterpunten en voldoende vertrouwen hebt in de directieleden van Veluws College Cortenbosch.
Dit gesprek was gepland om samen te bespreken of er voldoende onderling vertrouwen was in de samenwerking tussen de directie en client.
- [naam1] heeft op de vraag van mevrouw Goessens geantwoord dat hijzelf geen vertrouwen heeft in de samenwerking.Onjuist.
- [naam1] heeft aangegeven dat er wat hem betreft niet gere-integreerd hoeft te worden in de functie van [verzoeker] , omdat [naam1] van mening is dat [verzoeker] deze functie niet meer zal gaan vervullen.Onjuist, ik heb in het gesprek aangegeven dat voor een re- integratie in de rol van [functie1] het voor hem voorwaardelijk is dat de functioneringsproblemen van [verzoeker] besproken kunnen worden. Ook re-integratie in de rol van docent LO kan alleen wanneer deze functioneringsproblematiek is besproken.
- [verzoeker] vraagt nogmaals of het mogelijk is om nu een Plan van Aanpak op te stellen. Hij zou graag zien dat er over de manier van re-integreren geen strijd hoeft te bestaan en dat gewoon het advies van de bedrijfsarts kan worden opgevolgd. [naam1] geeft aan dat hij nog geen Plan van Aanpak wil opstellen, maar eerst het nieuwe advies van de bedrijfsarts naar aanleiding van de telefonische afspraak van 7 december 2020 wil afwachten.Onjuist, [naam1] heeft als doel van het gesprek aangegeven een plan van aanpak op te willen stellen, [verzoeker] , bij monde van mevrouw Goessens, wil alleen een plan van aanpak opstellen in aanwezigheid van een mediator. [naam1] stelt hierna voor de bedrijfsarts te vragen een probleemanalyse op te stellen en duidelijkheid te geven wat de problematiek is waar het plan van aanpak op aan dient te sluiten. Tevens vraagt hij aan de bedrijfsarts wat de belastbaarheid van [verzoeker] is.
(…)”
Het re-integratietraject heeft met het ontbreken van een plan van aanpak, de late inzet van mediation en de late inzet van een adequate re-integratie plek onnodige vertraging opgelopen.”Het hof is met de kantonrechter van oordeel dat de re-integratie inspanningen van VOG niet de schoonheidsprijs verdienen, maar dat haar handelen en/of nalaten in dat verband niet als ernstig verwijtbaar kan worden aangemerkt. Zoals hiervoor is overwogen is het hof van oordeel dat de arbeidsverhouding tussen partijen na het gesprek op 4 september 2020 al spoedig zodanig verstoord is geraakt, dat een weg terug niet meer mogelijk bleek. Dit kwam niet alleen tot uiting met betrekking tot het onderwerp re-integratie maar gold ook voor de herplaatsing. Het hof neemt daarbij de zeer uitgebreide e-mailwisseling tussen de advocaten van partijen over beide onderwerpen in aanmerking. De over en weer ingenomen standpunten hebben hoe dan ook een voortvarende re-integratie en herplaatsing in de weg gestaan. Zoals hiervoor is overwogen lag het op de weg van VOG anders te handelen dan zij heeft gedaan.