3.15Het hof acht het volgende van belang voor de overeengekomen rechten en plichten.
- Over de hoedanigheid van partijen: [appellante] heeft onweersproken gesteld dat zij geen onderneming heeft en dus ook niet is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Zij heeft ook geen btw-nummer. TDA exploiteert een callcenter.
- Over de totstandkoming van de overeenkomsten: [appellante] heeft open gesolliciteerd omdat zij had vernomen dat er bij TDA werk was. Volgens TDA heeft [appellante] een formulier ingevuld voor freelance werk. Gesteld noch gebleken is dat [appellante] over haar uurloon of over de wijze waarop de overeenkomsten met TDA zijn vormgegeven, heeft kunnen onderhandelen. TDA heeft haar de onder 3.8 en 3.9 vermelde contracten en ‘opting-in verklaringen’ ter ondertekening voorgelegd.
- Uit die stukken en de loonspecificaties van Verloning blijkt dat TDA geen arbeidsovereenkomst heeft willen sluiten en een constructie heeft gebruikt waarmee geen werknemerspremies verschuldigd waren.
- Over de werkzaamheden: de werkzaamheden die [appellante] voor TDA verrichtte waren callcenterwerkzaamheden: bellen met personen die bekend waren uit een door TDA beschikbaar gesteld dossier voor een door TDA beoogd doel in opdracht van een klant van TDA. Volgens [appellante] waren deze werkzaamheden gelijk aan het werk dat buiten het BCO-team werd verricht in het callcenter van TDA. TDA heeft dat onvoldoende gemotiveerd betwist. Het gegeven dat het BCO-team werk ten behoeve van een specifieke tijdelijke klant verrichtte, maakt de aard van het werk niet wezenlijk anders. Wel moesten de teamleden vooraf een verplichte training volgen. Uit productie 6 van TDA blijkt dat TDA voor de daarmee gemoeide uren loon heeft betaald.
- Over de organisatie van het werk: TDA heeft voor dit project een speciaal team gecreëerd met een leidinggevende, een rooster waarop de teamleden voor shifts konden intekenen en met controle op het oppakken van een dossier (het ‘duimpje’) en op het correct verwerken van gevraagde gegevens in de dossiers. Bij aanvang van een shift was er een dagstartmoment waarbij actuele ontwikkelingen werden gemeld. Niet staat vast dat het bijwonen daarvan verplicht was. [appellante] genoot grote vrijheid bij het wel of niet verrichten van werk en niet staat vast dat er een minimum aantal shifts is afgesproken.
Het werk van het BCO-team moest volledig thuis worden verricht met een eigen laptop, terwijl andere medewerkers van TDA gemiddeld voor 80% vanuit huis werkten, zoals TDA aanvoert.
- Volgens TDA was er geen afspraak over een minimum aantal te behandelen zaken tijdens een shift. Zij controleerde wel of de teamleden tijdens de toegezegde shifts ook daadwerkelijk de werkzaamheden uitvoerden.
- Over de wijze van beloning: [appellante] ontving een netto bedrag voor gewerkte uren. Op initiatief van TDA verliep dat via een constructie waarbij [appellante] een derde opdracht gaf de uren te declareren met btw, waarna diverse bedragen werden ingehouden voor onder andere loonbelasting en premie Zvw maar niet voor werknemersverzekeringen. [appellante] heeft zelf geen btw ontvangen en afgedragen.
- [appellante] liep met de werkzaamheden geen ondernemersrisico.
- Er waren geen afspraken over vakantiedagen, loondoorbetaling bij ziekte of het houden van functioneringsgesprekken.