Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Het onderzoek van de zaak
Het vonnis waartegen het hoger beroep is gericht
De tenlastelegging
Vrijspraak
opzetwitwassen.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 16 april 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Noord-Nederland. De verdachte werd beschuldigd van opzetwitwassen, subsidiair schuldwitwassen, omdat zij een bankrekening had geopend voor een onbekende persoon die zich via Instagram aan haar had gepresenteerd. De verdachte erkende de rekening te hebben geopend, maar stelde dat zij niet op de hoogte was van de criminele activiteiten die met deze rekening werden gepleegd. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte, na het blokkeren van haar eigen bankrekening, zelf naar de politie is gegaan om melding te maken van de situatie. Het hof concludeerde dat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte willens en wetens de kans op witwassen had aanvaard. De verdachte werd vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten, en de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding. Het hof vernietigde het eerdere vonnis en sprak de verdachte vrij.