Uitspraak
[appellante],
Ieder1,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om een hoger beroep in kort geding betreffende de ontruiming van een huurwoning door de verhuurder, Stichting Woonbedrijf Ieder1, na sluiting van de woning door de burgemeester op basis van artikel 13b van de Opiumwet. De huurder, [appellante], woont met haar twee minderjarige kinderen in de woning. De burgemeester heeft de woning gesloten omdat er hard- en softdrugs zijn aangetroffen. De verhuurder heeft de huurovereenkomst buitengerechtelijk ontbonden en vordert ontruiming. De voorzieningenrechter in de rechtbank Overijssel heeft de ontruiming toegewezen met een termijn van twee weken. In hoger beroep stelt het hof vast dat de ontruiming niet disproportioneel is, ondanks de aanwezigheid van minderjarigen. Het hof oordeelt dat de verhuurder bevoegd was om de huurovereenkomst te ontbinden en dat de ontruiming gerechtvaardigd is. Wel wordt de ontruimingstermijn verlengd naar vier maanden om de huurder de gelegenheid te geven een alternatieve woonruimte te vinden. De uitspraak benadrukt de belangenafweging tussen de rechten van de huurder en de noodzaak van de verhuurder om op te treden tegen drugshandel in de woning.