Uitspraak
FNV
J&T
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Noord-Nederland, dat op 21 januari 2025 is gewezen. De FNV vorderde dat J&T Koeriers B.V. wordt veroordeeld tot naleving van cao-bepalingen en uitbetaling van aanspraken aan werknemers. De kantonrechter had de vordering toegewezen, maar met beperkingen, waardoor alleen werknemers die aanspraak willen maken op uitbetaling, recht hebben op betaling. FNV is het niet eens met deze beperking en vordert vernietiging van het vonnis.
Het hof constateert dat de vordering van FNV ruimer is dan de grieven die zij heeft ingediend. FNV heeft geen grieven ingediend tegen de beslissing dat zij geen beroep kan doen op schending van bepaalde artikelen van de cao. Het hof oordeelt dat de beperking op de uitbetalingsplicht onterecht is, omdat de cao-bepalingen geen keuzemogelijkheden voor werknemers bevatten. Het hof vernietigt het vonnis van de kantonrechter voor zover het gaat om de beperking van de uitbetalingsplicht en veroordeelt J&T tot uitbetaling aan de werknemers van de loonaanspraken, met wettelijke verhoging en rente, onder verbeurte van een dwangsom.
De kosten van het hoger beroep worden aan J&T opgelegd, en het hof verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad. Dit arrest is gewezen op 2 september 2025 en is niet gepubliceerd.