Uitspraak
[verdachte] ,
Het hoger beroep
Onderzoek van de zaak
- vernietiging van het vonnis van de rechtbank;
- veroordeling van de verdachte ter zake van het onder 1 en 2 tenlastegelegde tot een gevangenisstraf van drie jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan één jaar voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren;
- opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis van de verdachte;
- hoofdelijke toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] tot een bedrag van € 2.599,95 (bestaande uit € 99,95 aan materiële schade en € 2.500,- aan immateriële schade), dit bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel;
- hoofdelijke toewijzing van de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] tot een bedrag van € 22.300,- (bestaande uit € 10.300,- aan materiële schade en € 12.000,- aan immateriële schade) en toewijzing van de gevorderde kansschade, dit bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel, subsidiair de benadeelde partij niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering met betrekking tot de kansschade.
mr. N. El Farougui, naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
- de verdachte ter zake van het onder 1 en 2 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaren, met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, waarvan één jaar voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren en met daaraan gekoppeld een meldplicht bij de reclassering als bijzondere voorwaarde;
- de inbeslaggenomen en niet teruggeven voorwerpen, te weten de huls en de hashish, onttrokken aan het verkeer;
- de teruggave gelast aan de rechthebbende van de inbeslaggenomen en niet teruggegeven sleutel;
- de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] hoofdelijk toegewezen tot een bedrag van € 2.599,95 (bestaande uit € 99,95 aan materiële schade en € 2.500,- aan immateriële schade), dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel opgelegd. Voor het overige is de vordering afgewezen;
- de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] hoofdelijk toegewezen tot een bedrag van € 40.098,02 (bestaande uit € 35.098,02 aan materiële schade en € 5.000,- aan immateriële schade), dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente en de schadevergoedingsmaatregel opgelegd. Voor het overige is de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering tot schadevergoeding.
De tenlastelegging
hij op of omstreeks 3 december 2022 te [plaats] tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (een) telefoon(s) (met pincode(s)) en/of portemonnee en/of (een) sleutel(s) en/of Bitcoin/Ethereum, althans Crypto, ter waarde van ongeveer 30.000 euro, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [benadeelde partij 1] en/of [benadeelde partij 2] , in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n), heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 1] en/of [benadeelde partij 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door het tonen van een mes en/of vuurwapen, althans een soortgelijk voorwerp, en/of een vuurwapen, althans een soortgelijk voorwerp, op/tegen het hoofd van die [benadeelde partij 2] te zetten en/of die [benadeelde partij 2] en/of [benadeelde partij 1] een of meerdere ma(a)l(en) op/tegen het hoofd en/of buik, althans het lichaam, te slaan/stompen en/of (een) sleutel(s) uit de zak van die [benadeelde partij 2] te pakken en/of een telefoon en/of portemonnee uit de zak van die [benadeelde partij 1] te pakken;
hij op of omstreeks 28 maart 2023 te [plaats] opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 94,5 gram hasjiesj, in elk geval een hoeveelheid van meer dan 30 gram van een gebruikelijk vast mengsel van hennephars en plantaardige elementen van hennep waaraan geen andere substanties zijn toegevoegd (hasjiesj), zijnde hasjiesj een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
- de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 22 september 2025;
- het proces-verbaal van aangifte van [benadeelde partij 2] ;
Bewijsmiddelen ten aanzien van feit 2
- de bekennende verklaring van de verdachte ter terechtzitting van 16 juli 2024;
- een proces-verbaal van bevindingen;
Bewezenverklaring
op 3 december 2022 te [plaats] tezamen en in vereniging met anderen, telefoons (met pincode) en portemonnee en sleutels en Bitcoin/Ethereum ter waarde van ongeveer 30.000 euro, die geheel aan [benadeelde partij 1] en/of [benadeelde partij 2] toebehoorden, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld en bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 1] en [benadeelde partij 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of gemakkelijk te maken, of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf of andere deelnemers aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door het tonen van een mes en vuurwapen, en een vuurwapen tegen het hoofd van die [benadeelde partij 2] te zetten en die [benadeelde partij 2] en/of [benadeelde partij 1] meerdere malen tegen het hoofd en buik, te slaan/stompen en sleutels uit de zak van die [benadeelde partij 2] te pakken en een telefoon en portemonnee uit de zak van die [benadeelde partij 1] te pakken;
op 28 maart 2023 te [plaats] opzettelijk aanwezig heeft gehad 94,5 gram hasjiesj, zijnde hasjiesj een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst II.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
die gelijktijdig met onderhavige strafzaak is behandeld en waarindeze
psychiaters hebben gerapporteerd op 12 januari 2023) werd door de psychiaters een normoverschrijdend-gedragsstoornis vastgesteld en die lijkt zich verder te ontwikkelen richting een persoonlijkheidsstoornis met narcistische en antisociale trekken. Verder is sprake van een stoornis in het cannabisgebruik, maar de ernst ervan is niet duidelijk genoeg geworden om een nadere specificering te kunnen geven. De psychiaters zien geen aanwijzingen dat eventuele gedragskundige factoren verdachtes keuze- en handelingsvrijheid beperkt zouden hebben, zodat zij adviseren om beide feiten volledig aan verdachte toe te rekenen. Het recidiverisico wordt ingeschat als matig/hoog. Er worden geen indicatoren gezien voor toepassing van het jeugdstrafrecht. Omdat er geen pathologisch bepaald recidiverisico wordt gezien, en verdachte dus in staat wordt geacht van dergelijk delictgedrag af te zien, wordt er geen interventie geadviseerd. De psychiaters merken op dat in de vorige strafzaak wel een behandeladvies werd gegeven, omdat er toen een verband werd gelegd tussen verdachtes pathologie (met name zijn verhoogde krenkbaarheid) in samenhang met een geweldsdelict. Met de wetenschap van nu, namelijk een door detentie voortijdig afgebroken ambulante behandeling bij De Waag en een lage mate van toezicht, in combinatie met zijn antisociale gedrag binnen volwassendetentie, is het de vraag of pedagogische beïnvloeding nog mogelijk is.
) gestelde diagnose, namelijk een ernstige normoverschrijdend-gedragsstoornis (beginnend in de adolescentie) is het zeer aannemelijk dat deze stoornis nog altijd aanwezig is. Het is wel mogelijk dat er in de tussenliggende tijd een doorontwikkeling heeft plaatsgevonden richting een antisociale en/of narcistische persoonlijkheidsstoornis, maar dit kon niet nader onderzocht worden vanwege de weigering van verdachte om mee te werken aan het onderzoek. Het is zeer zorgelijk dat de overval gepleegd werd op het moment dat het voorgaande Pro Justitia onderzoek nog gaande was. Dat zegt veel over de onverstoorbaarheid van verdachte en het is zeer aannemelijk dat hierbij ook andere kenmerken van de stoornis, zoals een egocentrische grondhouding, een egoïstische en opportunistische instelling, zelfoverschatting, zelfbeeldproblematiek, problemen met autoriteit en gezag en een gebrekkige gewetensontwikkeling, doorgewerkt hebben. Geconcludeerd wordt dat er een zorgelijk beeld is blijven bestaan. De psycholoog kiest ervoor zich te onthouden van aanvullend advies en verwijst naar haar rapportage van 12 januari 2023, nu is gebleken dat het alternatief voor een (langdurige) behandeling niet van de grond is gekomen en niet het gewenste effect heeft gesorteerd.
Beslag
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
- € 208,57 eigen risico 2023
- € 40,99 cilinder slot woning
- € 769,83 gestolen iPhone 12 Pro
- € 15,- gestolen telefoonhoesje
- € 120,09 gestolen sleutels uitprogrammeren
- € 126.396,45 de waarde van 2,02 BTC op 5 maart 2024 om 15:00
- € 3.349,25 de waarde van 0,96 ETH op 5 maart 2024 om 15:00
€ 1.154,40 aan voormelde materiële schadeposten (met uitzondering van de crypto) en
€ 12.000,00 aan immateriële schade, ten gevolge van het aan verdachte onder 1 tenlastegelegde feit.
€ 1.171,06
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden.
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan de rechthebbende van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten:
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
€ 2.599,95 (tweeduizend vijfhonderdnegenennegentig euro en vijfennegentig cent) bestaande uit € 99,95 (negenennegentig euro en vijfennegentig cent) materiële schade en € 2.500,00 (tweeduizend vijfhonderd euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
€ 23.453,44 (drieëntwintigduizend vierhonderddrieënvijftig euro en vierenveertig cent) bestaande uit € 11.453,44 (elfduizend vierhonderddrieënvijftig euro en vierenveertig cent) materiële schade en € 12.000,00 (twaalfduizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.