Voorts in het principaal en het incidenteel appel
De feiten
3. Partijen hebben geen grieven gericht tegen de vaststelling door de kantonrechter van de vaststaande feiten in overweging 3. (3.1 tot en met 3.10) van het tussenvonnis van 12 december 2007 (hersteld op 6 februari 2008) waarvan beroep.
Daarom wordt ook in hoger beroep uitgegaan van die feiten, die het hof hierna
- samengevat - zal weergeven.
3.1 Op 8 januari 2005 is tussen [appellant] als verhuurder en IBS als huurster een huurovereenkomst tot stand gekomen betreffende de bedrijfsruimte aan [adres], tegen een (nadere) huurprijs van € 99.042,50 excl. btw per kwartaal. In het huurcontract d.d. 8 januari 2005 is - onder meer - opgenomen dat het gehuurde per 9 januari 2005 in gebruik wordt genomen en zal worden gebruikt als fitnesscentrum in de ruimste zin van het woord met ondersteunende horeca.
3.2 Het huurcontract bepaalt voorts dat [appellant] ervoor "zal zorgdragen dat de installaties goed zullen functioneren met onderstaande waardes als uitgangs-punt." Deze waarden zijn als volgt omschreven:
- geluiddempers voorkomen te allen tijde dat er geluidshinder naar de sporters en omwonenden ontstaat;
- de temperatuur 's nachts wordt geregeld;
- er wordt echt geventileerd, 8-voudig in de groepsleszaal en 6-voudig in de fitness; de horeca wordt 4-voudig geventileerd plus 25%, de kleedruimtes worden voldoende geventileerd; het geheel voorzien van bijbehorende temperatuur-regeling, koeling en verwarming, om een reëel binnenklimaat te waarborgen;
- er is een gelijkmatig temperatuurverloop, zowel 's zomers als 's winters;
- de apparatuur is storingsvrij.
3.3 Met het bij deze waarden genoemde zoveelvoudig ventileren wordt gedoeld op het evenzoveel maal per uur ventileren van alle in een ruimte aanwezige lucht.
3.4 De installaties waarop de hiervoor onder 3.2 omschreven verplichtingen van [appellant] betrekking hebben zijn in diens opdracht en voor zijn rekening in het gehuurde geïnstalleerd door de firma [installatiebedrijf].
3.5 IBS heeft vanaf de aanvang van het gebruik van het gehuurde op 9 januari 2005 bij [appellant] geklaagd dat de installaties niet aan de overeengekomen normen voldeden. [appellant] heeft [installatiebedrijf] aanvankelijk op die gebreken aangesproken en in een geding betrokken. Dit geding ligt thans stil in afwachting van de afloop van de onderhavige procedure.
3.6 IBS heeft aangaande de ventilatie van het gehuurde onderzoek doen verrichten door de deskundige P. van den Heuvel, handelende onder de naam Paultec (hierna: Paultec). Het van diens bevindingen opgemaakte rapport dateert van 11 april 2005. Paultec heeft op 21 augustus 2006 aanvullend gerapporteerd.
3.7 [appellant] heeft in reactie op de klachten van IBS een onderzoek daarnaar laten uitvoeren door Zuid-Nederlands Expertisebureau B.V. (hierna: ZNEB). Het rapport van ZNEB is gedateerd 5 september 2005.