Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop
- het dossier van de procedure bij de kantonrechter in de rechtbank Den Haag, zittingsplaats Gouda;
- het in die procedure gewezen vonnis van 14 mei 2020;
- de dagvaarding in hoger beroep van 13 augustus 2020 van Goudasfalt;
- de memorie van grieven van Goudasfalt, met bijlagen;
- het arrest van dit hof van 24 november 2020 waarin een mondelinge behandeling na aanbrengen is gelast;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 8 januari 2021 en van de voortzetting daarvan op 15 en op 24 februari 2021;
- de in die processen-verbaal genoemde stukken;
- de memorie van antwoord tevens memorie van grieven in incidenteel hoger beroep van [verweerder], met bijlagen;
- de memorie van antwoord in incidenteel hoger beroep van Goudasfalt, met bijlage.
3.Feitelijke achtergrond
1000 euro huur ex BTW ingaande vanaf maart 2018 indien er
(…) Ik weet niet of het bedrag al bijgeschreven staat maar technisch gezien was ik zeker op tijd. Ik zou graag dinsdag of woensdag de sleutel ontvangen om voorbereidingen te kunnen doen. (…)”
4.Vorderingen in eerste aanleg en beslissing van de kantonrechter
5.Vorderingen in hoger beroep en bezwaren tegen het vonnis
6.Beoordeling door het hof
bij ondertekening van het contract”zoals in de intentieovereenkomst is vermeld, en ook dat [verweerder] pas dan bouwactiviteiten zou kunnen beginnen, maar dit uitgangspunt is verlaten. Goudasfalt heeft immers, ondanks het ontbreken van een schriftelijke huurovereenkomst, de sleutel aan [verweerder] overhandigd en het pand aan [verweerder] in gebruik gegeven (zie onder 3.5 en 3.6). Zij heeft sindsdien ook aanspraak gemaakt op betaling van € 1.000,- per maand door [verweerder].
alleonderdelen van een schriftelijke huurovereenkomst. Grief 1 in het principaal appel faalt dus.
7.Beslissing
in conventie:
in reconventie;