ECLI:NL:GHDHA:2025:2276

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
29 oktober 2025
Publicatiedatum
31 oktober 2025
Zaaknummer
BK-23/855bis en BK-23/857bis
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake belastingaanslagen en proceskostenvergoeding

Op 29 oktober 2025 heeft het Gerechtshof Den Haag een hersteluitspraak gedaan in de zaken BK-23/855bis en BK-23/857bis. Deze uitspraak is gedaan ter verbetering van een eerdere uitspraak van 30 september 2025, waarin een fout was gemaakt in het bedrag van het griffierecht dat aan de belanghebbende diende te worden vergoed. Het Hof heeft vastgesteld dat het juiste bedrag € 136 is, in plaats van de eerder genoemde € 138. Deze correctie is gedaan omdat het Hof van oordeel is dat er sprake is van een kennelijke fout die hersteld kon worden.

In de uitspraak heeft het Hof verder de eerdere beslissing van de Rechtbank Den Haag van 21 juli 2023 vernietigd, behoudens voor zover daarin een vergoeding van proceskosten en griffierecht is toegekend. De aanslagen voor de inkomstenbelasting en de zorgverzekeringswet zijn verminderd, en de vergrijpboete is verlaagd tot € 3.245. Het Hof heeft de Staat, vertegenwoordigd door de Minister van Justitie en Veiligheid, veroordeeld tot vergoeding van de kosten die de belanghebbende heeft gemaakt in deze procedure.

De uitspraak is vastgesteld door de rechters C. Maas, T.A. de Hek en M.J.M. van der Weijden, en is openbaar uitgesproken op 29 oktober 2025. De griffier van het Hof, X. Evers, heeft de uitspraak mede ondertekend. Deze uitspraak is ook gepubliceerd in Mijn Rechtspraak en een afschrift is per post verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG
Team Belastingrecht
meervoudige kamer
nummers BK-23/855bis en BK-23/857bis
Uitspraak van 29 oktober 2025 ter herstel van de uitspraak van 30 september 2025
in het geding tussen:

[X] te [Z] , belanghebbende,

(gemachtigde: S.P. Koerselman)
en

de inspecteur van de Belastingdienst, de Inspecteur,

(vertegenwoordiger: […] )
gedaan ter verbetering van de uitspraak van dit Hof van 30 september 2025, nummers BK-23/855 en BK-23/857, inzake het hoger beroep van de Inspecteur, het incidentele hoger beroep van belanghebbende en het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag (de Rechtbank) van 21 juli 2023, nummer SGR 20/7068.

De uitspraak in het hoger beroep

1.1.
Het Hof heeft in deze zaak op 30 september 2025 uitspraak gedaan. Een afschrift van die uitspraak is aan deze uitspraak gehecht.
1.2.
Het Hof heeft de Inspecteur in het dictum van de uitspraak opgedragen een bedrag aan griffierecht van € 138 aan belanghebbende te vergoeden. Dit bedrag berust op een misslag. Het juiste bedrag is € 136, zoals ook blijkt uit het vermelde onder overweging 1.4.
Naar het oordeel van het Hof is sprake van een kennelijke fout die zich leent voor herstel door middel van de onderhavige hersteluitspraak.
1.3.
Herstel van deze misslag brengt mee dat het dictum van de uitspraak van 30 september 2025 als volgt komt te luiden:
“Het Gerechtshof:
  • vernietigt de uitspraak van de Rechtbank, behoudens voor zover daarin een vergoeding van proceskosten en griffierecht is toegekend;
  • vernietigt de uitspraken op bezwaar;
  • vermindert de aanslag IB/PVV 2017 tot een naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 16.343 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 7.591 en vermindert de beschikking inzake belastingrente dienovereenkomstig;
  • vernietigt de aanslag Zvw 2017 alsmede de daarbij gegeven beschikking inzake
belastingrente;
  • vermindert de vergrijpboete tot op € 3.245;
  • veroordeelt de Staat (de Minister van Justitie en Veiligheid) tot vergoeding van
immateriële schade aan belanghebbende van € 500;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van
€ 907; en
- draagt de Inspecteur op aan belanghebbende het in hoger beroep betaalde griffierecht
van € 136 te vergoeden.”
1.4.
Voorts dient het in overweging 6.3 vermelde bedrag van € 138 te worden vervangen door € 136.

Beslissing

Het Gerechtshof herstelt de uitspraak van 30 september 2025, nummers BK-23/855 en BK-23/857, op de hiervoor onder 1.3 en 1.4 vermelde wijze.
Deze uitspraak is vastgesteld door C. Maas, T.A. de Hek en M.J.M. van der Weijden, in tegenwoordigheid van de griffier X. Evers.
De griffier, de voorzitter,
X. Evers C. Maas
De beslissing is op 29 oktober 2025 in het openbaar uitgesproken.
Deze uitspraak is in Mijn Rechtspraak geplaatst. Indien u niet digitaal procedeert, is een afschrift aangetekend per post verzonden.