ECLI:NL:GHLEE:2002:AF0653
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- J. Poelman
- M.J. van der Meer
- A. Elders
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen vonnis van de arrondissementsrechtbank te Groningen inzake gijzeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving
Op 18 november 2002 heeft het Gerechtshof Leeuwarden uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de arrondissementsrechtbank te Groningen, waarbij de verdachte was veroordeeld voor ernstige strafbare feiten, waaronder gijzeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving. De verdachte, die niet ter terechtzitting verscheen, werd vertegenwoordigd door zijn raadsman, mr. P.M. Rombouts. Het hof heeft het onderzoek ter terechtzitting van 4 november 2002 en het onderzoek in eerste aanleg in acht genomen, zoals voorgeschreven in artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige misdrijven, waarbij hij en zijn mededaders geweld hebben gebruikt en dreigingen hebben geuit met vuurwapens en messen. De feiten vonden plaats in de periode van 5 september 1999 tot en met 6 september 1999 en in februari 2000, waarbij slachtoffers onder dwang werden gehouden en geïntimideerd. Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op basis van de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn gepleegd. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier jaren en zes maanden, waarbij de tijd in voorlopige hechtenis in mindering wordt gebracht. Het hof heeft het vonnis van de arrondissementsrechtbank vernietigd en opnieuw recht gedaan, waarbij het de verdachte heeft vrijgesproken van andere telastegelegde feiten die niet bewezen zijn verklaard. De benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, en de kosten van het geding zijn op nihil gesteld. Het hof heeft de artikelen 47, 57, 282 en 282a van het Wetboek van Strafrecht toegepast in zijn uitspraak.