ECLI:NL:GHLEE:2006:AU9906
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- G.M. van der Meer
- F.J.W. Drion
- G.W.B. van Westen
- Rechtspraak.nl
Omzetbelasting en de heffing van donaties door een stichting
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Leeuwarden op 13 januari 2006, staat de vraag centraal of donaties die door de belanghebbende, Stichting X, worden ontvangen, onder de heffing van omzetbelasting vallen. De belanghebbende had een naheffingsaanslag in de omzetbelasting ontvangen van € 27.417,-- voor het tijdvak van 1 januari 2000 tot en met 31 december 2002. De inspecteur van de Belastingdienst had deze naheffingsaanslag opgelegd, omdat de donaties volgens hem een vergoeding vormden voor een prestatie die belast is met omzetbelasting.
De belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen deze naheffingsaanslag en stelde dat de donaties vrijwillige bijdragen zijn ter ondersteuning van haar doelstellingen, en dat deze niet onder de omzetbelasting vallen. De inspecteur daarentegen betoogde dat de donaties een vergoeding zijn voor de ontvangst van informatie en het recht om een reis te boeken, en dat deze prestaties belast zijn naar het algemene tarief.
Het hof oordeelde dat de donaties inderdaad een vergoeding zijn voor de dienst die de belanghebbende verleent, namelijk het recht om een reis te boeken. Het hof concludeerde dat de inspecteur terecht de donaties in de heffing van omzetbelasting heeft betrokken. Wel werd de naheffingsaanslag verminderd tot € 26.001,-- vanwege een rekenfout in de oorspronkelijke aanslag. Het hof verklaarde het beroep van de belanghebbende gegrond, vernietigde de eerdere uitspraak en bepaalde dat het griffierecht van € 273,-- aan de belanghebbende wordt vergoed door de Staat der Nederlanden. Tevens werden de proceskosten vastgesteld op € 644,--, die door de inspecteur aan de belanghebbende moeten worden vergoed.
De uitspraak benadrukt de noodzaak voor stichtingen om duidelijkheid te hebben over de fiscale behandeling van donaties en de voorwaarden waaronder deze bijdragen worden ontvangen. Het hof bevestigde dat de donaties niet als nevenprestatie kunnen worden beschouwd, maar als afzonderlijke prestaties die onder de omzetbelasting vallen.