Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Het geding in eerste aanleg (zaak/rolnr. 752446 CV EXPL 12-8022)
2.Het geding in hoger beroep
3.De beoordeling
in de stand van het geding te verwijzen naar dat gerechtshof.
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze zaak, die voor het Gerechtshof 's-Hertogenbosch werd behandeld, betreft het een hoger beroep van Trivium Sport B.V. tegen Grenkefinance N.V. De zaak is ontstaan uit een incident tot verwijzing en voeging ex artikel 220 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Trivium vorderde de verwijzing van de onderhavige procedure naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, omdat deze verknocht zou zijn aan elf andere zaken die daar aanhangig zijn. Grenkefinance refereerde zich aan het oordeel van het hof, maar verzocht wel om veroordeling van Trivium in de proceskosten.
Het hof overwoog dat op grond van artikel 220 Rv een verwijzing kan worden gevorderd wanneer de geschilpunten in de ene zaak identiek zijn aan die in de andere, of zodanige samenhang vertonen dat consistentie van de uitspraken wenselijk is. Het hof stelde vast dat de onderhavige zaak inderdaad verknocht was aan de elf andere zaken, aangezien de feitelijke en juridische geschilpunten identiek waren. De vordering van Trivium tot verwijzing werd dan ook toegewezen.
De beslissing over de proceskosten werd aangehouden tot de einduitspraak in de hoofdzaak. Het hof verwees de zaak naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, waar verder geprocedeerd kan worden. Dit arrest is gewezen op 7 oktober 2014 en is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer.