Uitspraak
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH
1.Feiten
De voorzitter:
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
In deze tussenuitspraak van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch, gedateerd 13 maart 2020, wordt de gemachtigde van [B BV] en [C BV] geweigerd in zijn rol vanwege ernstig ongepast taalgebruik. Het hof heeft de gemachtigde herhaaldelijk gewaarschuwd voor zijn beledigende en onfatsoenlijke uitlatingen in processtukken, die niet alleen de wederpartij, maar ook leden van de rechterlijke macht betreffen. Ondanks eerdere waarschuwingen en beloften tot beterschap, heeft de gemachtigde volhard in zijn ongepaste communicatie. Het hof concludeert dat het taalgebruik van de gemachtigde de goede procesorde ernstig verstoort en dat er ernstige bezwaren bestaan tegen zijn optreden als gemachtigde. De beslissing om de gemachtigde te weigeren is genomen op basis van artikel 8:25 van de Algemene wet bestuursrecht, waarbij het hof benadrukt dat de belangen van de belanghebbenden niet worden geschaad, aangezien zij de mogelijkheid hebben om een andere gemachtigde aan te wijzen. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn in kennis gesteld van de beslissing.