ECLI:NL:GHSHE:2023:926

Gerechtshof 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
21 maart 2023
Publicatiedatum
21 maart 2023
Zaaknummer
200.319.929_01
Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep niet-ontvankelijkheid van tussenvonnis in civiele procedure

In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 maart 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een tussenvonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant. De zaak betreft een hoger beroep dat door [appellante] was ingesteld tegen een vonnis van 7 september 2022. Het hof heeft vastgesteld dat het vonnis waarvan beroep een tussenvonnis is, en dat er geen hoger beroep openstond tegen dit tussenvonnis. [appellante] stelde dat de rechtbank in een bepaalde rechtsoverweging een eindbeslissing had genomen, maar het hof oordeelde dat deze beslissing niet in het dictum was opgenomen, wat bepalend is voor de ontvankelijkheid in hoger beroep. Het hof heeft geoordeeld dat [appellante] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar hoger beroep, omdat er geen toestemming was gegeven voor tussentijds hoger beroep. Het hof heeft [appellante] ook veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep, omdat het instellen van het hoger beroep evident kansloos was. De kosten zijn begroot op € 1.780,-- aan griffierecht en € 591,50 aan salaris advocaat. Het arrest is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op dezelfde datum.

Uitspraak

GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Team Handelsrecht
zaaknummer 200.319.929/01
arrest van 21 maart 2023
in de zaak van
[appellante],
wonende te [woonplaats] ,
appellante,
hierna aan te duiden als [appellante] ,
advocaat: mr. J.J.J. Jansen te Kapelle,
tegen
[geïntimeerde] ,
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde,
hierna aan te duiden als [geïntimeerde] ,
advocaat: mr. W.E. de Wit-de Witte te Goes,
op het bij exploot van dagvaarding van 21 november 2022 ingeleide hoger beroep van het vonnis van 7 september 2022, door de rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, gewezen tussen [appellante] als gedaagde in conventie, eiseres in reconventie en [geïntimeerde] als eiser in conventie, verweerder in reconventie.

1.Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer C/02/391731/HA ZA 21-662)

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.

2.Het geding in hoger beroep

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep;
- de rolbeslissing van 27 december 2022;
- de akte uitlaten ontvankelijkheid van de zijde van [appellante] ;
- de antwoordakte uitlaten ontvankelijkheid van de zijde van [geïntimeerde] .
Het hof heeft daarna een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op bovenvermelde stukken en de stukken van de eerste aanleg.

3.De beoordeling

3.1.
Bij rolbeslissing van 27 december 2022 heeft de rolraadsheer geconstateerd dat het vonnis waarvan beroep een tussenvonnis is, aangezien uit dit vonnis niet is gebleken dat de rechtbank door een uitdrukkelijk dictum omtrent enig deel van het gevorderde reeds een einde aan het geding heeft gemaakt. [appellante] is daarop in de gelegenheid gesteld zich bij akte uit te laten over de ontvankelijkheid in hoger beroep.
3.2.
[appellante] stelt in haar akte dat de rechtbank in r.o. 4.8 weliswaar een eindbeslissing heeft genomen maar dat deze beslissing niet in het dictum is opgenomen, wat bepalend is voor de ontvankelijkheid in hoger beroep. [appellante] verzoekt de zaak op de rol door te halen.
3.3.
[geïntimeerde] voert aan dat [appellante] erkent dat van het tussenvonnis geen hoger beroep openstond. [geïntimeerde] stemt niet in met doorhaling op de rol. Hij vordert dat [appellante] niet-ontvankelijk zal worden verklaard en dat zij in de volledige proceskosten zal worden veroordeeld, zijnde € 1.780,- aan griffierecht en 1 punt ter zake van salaris.
3.4.
Het hof oordeelt als volgt.
Op grond van het bepaalde in artikel 337 lid 2 Rv is tussentijds hoger beroep van een tussenvonnis, niet zijnde een provisioneel vonnis, uitgesloten, tenzij de rechter die de uitspraak heeft gedaan hetzij in de bestreden tussenuitspraak zelf, hetzij bij afzonderlijke beslissing op een binnen de beroepstermijn gedaan daartoe strekkend verzoek, afzonderlijk hoger beroep van dat vonnis heeft toegestaan. Bij gebreke van een zodanige beslissing van de rechter die de bestreden tussenuitspraak heeft gedaan, dient appellant die tussentijds beroep instelt, in dit beroep niet-ontvankelijk te worden verklaard, zo nodig ambtshalve (zie HR 14 juli 2006, ECLI:NL:HR:2006:AV9442).
Nu niet is gebleken dat de rechtbank – in het vonnis of bij latere beslissing op een tijdig door een van partijen daartoe gedaan verzoek – tussentijds hoger beroep heeft toegestaan van het bestreden vonnis, dient [appellante] in het door haar ingestelde appel niet-ontvankelijk te worden verklaard. Zij heeft geen feiten en/of omstandigheden gesteld op grond waarvan geoordeeld zou moeten worden dat zij ondanks het voorgaande ontvankelijk is in het tussentijds hoger beroep.
3.5.
Het hof ziet aanleiding om [appellante] te veroordelen in de kosten van het hoger beroep, nu het aanwenden van een niet tussentijds toegestaan hoger beroep evident kansloos is. Nu [geïntimeerde] alleen een akte heeft genomen, zal het hof uitgaan van 0,5 punt van het liquidatietarief II aan salaris advocaat. [geïntimeerde] stelt weliswaar een volledige proceskostenveroordeling te vorderen maar grondt deze op het liquidatietarief. Dit deel van de vordering wordt dan ook afgewezen.

4.De uitspraak

Het hof:
verklaart [appellante] niet-ontvankelijk in het door haar ingestelde hoger beroep;
veroordeelt [appellante] in de proceskosten van het hoger beroep en begroot die kosten aan de zijde van [geïntimeerde] tot aan deze uitspraak op € 1.780,-- aan griffierecht en op € 591,50 aan salaris advocaat;
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit arrest is gewezen door mrs. S.M.A.M. Venhuizen, E.H. Schulten en J.M.H. Schoenmakers en is in het openbaar uitgesproken door de rolraadsheer op 21 maart 2023.
griffier rolraadsheer