Het hof overweegt als volgt.
Het hof overweegt dat [appellante] niet heeft gesteld dat sprake is van een kennelijke misslag op grond waarvan de tenuitvoerlegging van het vonnis geschorst moet worden.
Het hof zal dan ook de belangen van partijen tegen elkaar afwegen.
Voor de te maken belangenafweging geldt als uitgangspunt dat CS Factoring het bestreden eindvonnis mag executeren, tenzij het belang van [appellante] om gedurende het hoger beroep niet te hoeven meewerken aan de veroordeling tot terugbetaling van de lening zwaarder weegt dan het recht van CS Factoring op tenuitvoerlegging van het bestreden eindvonnis.
Tegenover het belang van CS Factoring stelt [appellante] enkel, zonder onderbouwing, dat zij, herstellende is van een operatie, en haar echtgenoot als gevolg van een executoriaal loonbeslag op het loon van haar echtgenoot en het loonbeslag op haar loon, banksaldo, woning en/of inboedel het gezin in ernstige financiële problemen zal brengen.
Voor zover [appellante] met haar verwachting over de impact van het (loon)beslag op haar gezin tevens een beroep doet op de aanwezigheid van een noodtoestand, acht het hof die stelling onvoldoende toegelicht, althans onvoldoende aannemelijk gemaakt, mede in aanmerking genomen dat niet is gesteld of gebleken dat een onjuiste beslagvrije voet is gehanteerd. Ook voor het overige heeft [appellante] niet, althans onvoldoende aannemelijk, gemaakt dat er omstandigheden zijn die meebrengen dat haar belang bij behoud van de bestaande situatie zolang niet op het hoger beroep is beslist, zwaarder weegt dan het belang van CS Factoring bij de tenuitvoerlegging van het bestreden vonnis
In dit verband wordt nog opgemerkt dat de stelling van [appellante] dat de financiële buffer van CS Factoring meer dan voldoende is om schorsing van de tenuitvoerlegging op te vangen niet ter zake doende is, nu uitgangspunt is dat de door de kantonrechter toegewezen vorderingen moet worden betaald.