ECLI:NL:HR:2002:AD8863
Hoge Raad
- Cassatie
- W.J.M. Davids
- A.J.A. van Dorst
- E.J. Numann
- Rechtspraak.nl
Cassatie tegen veroordeling voor medeplegen van moord en deelname aan een criminele organisatie
In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, waarbij de verdachte is veroordeeld voor medeplegen van moord en deelname aan een criminele organisatie. De verdachte, geboren in Suriname in 1955, was ten tijde van de uitspraak gedetineerd in een Huis van Bewaring. Het beroep in cassatie is ingesteld door de verdachte, vertegenwoordigd door advocaat mr. G. Spong. De Advocaat-Generaal Jörg heeft geconcludeerd dat de Hoge Raad de bewezenverklaring van feit 1 zal verbeteren en de bestreden uitspraak zal vernietigen wat betreft de strafoplegging, met een vermindering van de straf.
De tenlastelegging betreft de periode van 24 tot en met 27 juli 1998, waarin de verdachte en zijn mededaders opzettelijk en met voorbedachten rade een slachtoffer van het leven hebben beroofd. Het Hof heeft vastgesteld dat het slachtoffer is verstikt en in het water is gegooid, wat heeft geleid tot zijn overlijden. De doodsoorzaak is vastgesteld door een arts-patholoog, die concludeerde dat verstikking de enige mogelijke doodsoorzaak was. Het Hof heeft de overtuiging gekregen dat de verdachte en zijn mededaders verantwoordelijk zijn voor de dood van het slachtoffer.
De Hoge Raad heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat de redelijke termijn voor de behandeling van het cassatieberoep is overschreden, wat leidt tot strafvermindering. De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak, maar alleen wat betreft de duur van de opgelegde gevangenisstraf, en vermindert deze naar elf jaar en vijf maanden. Het beroep wordt voor het overige verworpen.