ECLI:NL:HR:2006:AV2639

Hoge Raad

Datum uitspraak
16 juni 2006
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
C05/061HR
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadestaatprocedure tussen gemeente en maatschap van accountants en belastingadviseurs

In deze zaak gaat het om een schadestaatprocedure tussen de maatschap WITLOX ADVIES ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS en de Gemeente Vught. De maatschap, gevestigd te Rosmalen, heeft de Gemeente gedagvaard voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch, waarbij zij een schadevergoeding van ƒ 18.740.610,-- (€ 8.504.118,--) vorderde. Deze schade zou zijn geleden als gevolg van de handelwijze waarvoor de Gemeente in de hoofdzaak aansprakelijk was gehouden. De rechtbank heeft de vordering op 9 april 2003 afgewezen, waarna Witlox hoger beroep heeft ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch. Het hof heeft op 9 november 2004 het vonnis van de rechtbank vernietigd, maar slechts voor zover het de juridische kosten betrof, en de Gemeente veroordeeld tot betaling van € 2.316,82, vermeerderd met wettelijke rente. Witlox heeft vervolgens cassatie ingesteld tegen het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft op 16 juni 2006 het beroep in cassatie verworpen en Witlox in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld. De Hoge Raad oordeelde dat de klachten in het cassatiemiddel niet tot cassatie konden leiden, en dat nadere motivering niet nodig was, aangezien de klachten geen rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of rechtsontwikkeling opriepen.

Uitspraak

16 juni 2006
Eerste Kamer
Nr. C05/061HR
JMH/RM
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
in de zaak van:
de maatschap WITLOX ADVIES ACCOUNTANTS EN BELASTINGADVISEURS,
gevestigd te Rosmalen, gemeente 's-Hertogenbosch,
en haar voormalige maten:
1. [Eiser 1],
wonende te [woonplaats],
2. [Eiser 2],
wonende te [woonplaats],
3. [Eiser 3],
wonende te [woonplaats],
4. [Eiser 4],
wonende te [woonplaats],
EISERS tot cassatie,
advocaat: mr. M.E. Gelpke,
t e g e n
DE GEMEENTE VUGHT,
gevestigd te Vught,
VERWEERSTER in cassatie,
advocaat: mr. G. Snijders.
1. Het geding in feitelijke instanties
Eisers tot cassatie - verder in enkelvoud te noemen: Witlox - hebben bij exploot van 27 december 1999 verweerster in cassatie - verder te noemen: de Gemeente - gedagvaard voor de rechtbank te 's-Hertogenbosch en gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, de Gemeente te veroordelen aan Witlox te voldoen een bedrag van ƒ 18.740.610,-- (€ 8.504.118,--), zijnde het totaalbedrag van de door Witlox geleden schade als gespecificeerd omschreven op de te dezen betekende schadestaat, althans het bedrag der posten afzonderlijk toe te wijzen, zodra zij zijn komen vast te staan, te vermeerderen met de daarover verschuldigde wettelijke rente, te rekenen vanaf 1 juli 1999 tot aan de dag der dagvaarding, alsmede de wettelijke rente over ƒ 18.740.610,-- en de verschenen wettelijke rente tussen 1 juli 1999 en de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening.
De Gemeente heeft de vordering bestreden.
De rechtbank heeft bij vonnis van 9 april 2003 de vordering afgewezen.
Tegen het vonnis heeft Witlox hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.
Bij akte ter terechtzitting van 31 augustus 2004 heeft Witlox haar eis vermeerderd met een vordering tot uitvoerbaarverklaring bij voorraad van het door het hof te wijzen arrest.
Bij arrest van 9 november 2004 heeft het hof het vonnis van de rechtbank van 9 april 2003 waarvan beroep vernietigd, doch uitsluitend voor zover daarbij de in rov. 4.17 van dit arrest bedoelde juridische kosten zijn afgewezen en, in zoverre opnieuw rechtdoende, de Gemeente veroordeeld tot betaling aan Witlox van € 2.316,82, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 maart 1991 tot aan de dag der voldoening, dit arrest tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaard, Witlox veroordeeld in de kosten van het hoger beroep met bepaling dat Witlox de wettelijke rente over de proceskosten in hoger beroep verschuldigd zal zijn indien zij deze niet binnen veertien dagen na het wijzen van dit arrest voldaan zal hebben, en het meer of anders gevorderde afgewezen.
Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen het arrest van het hof heeft Witlox beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Gemeente heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal J.L.R.A. Huydecoper strekt tot verwerping van het beroep.
De advocaat van Witlox heeft bij brief van 3 maart 2006 op die conclusie gereageerd.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt Witlox in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de Gemeente begroot op € 5.802,34 aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren D.H. Beukenhorst als voorzitter en de raadsheren O. de Savornin Lohman, E.J. Numann, J.C. van Oven en F.B. Bakels, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer E.J. Numann op 16 juni 2006.