ECLI:NL:HR:2008:BD9387
Hoge Raad
- Cassatie
- J.W. van den Berge
- L. Monné
- C.J.J. van Maanen
- J.W.M. Tijnagel
- M.W.C. Feteris
- Rechtspraak.nl
Jurisdictiegeschil over bevoegdheid tussen Gerechtshof en Afdeling bestuursrechtspraak
Op 12 december 2008 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in een jurisdictiegeschil tussen het Gerechtshof te Amsterdam en de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het geschil ontstond naar aanleiding van een besluit van het dagelijks bestuur van het stadsdeel ZuiderAmstel te Amsterdam, dat op 26 februari 2002 het Uitwerkingsbesluit parkeren stadsdeel ZuiderAmstel 2002 vaststelde. Belanghebbenden, die bezwaar hadden gemaakt tegen dit besluit, kwamen in beroep bij de Rechtbank te Amsterdam. De Rechtbank verklaarde het beroep van belanghebbenden niet-ontvankelijk voor zover het gericht was tegen het niet tijdig beslissen op de bezwaarschriften en ongegrond voor het overige. Hierop hebben belanghebbenden hoger beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak, die het hoger beroep gegrond verklaarde en de uitspraak van de Rechtbank vernietigde, met uitzondering van de beslissingen over proceskosten en griffierecht.
De Afdeling heeft het beroep vervolgens doorgezonden naar het Gerechtshof te Amsterdam, dat zich tot de Hoge Raad wendde met de vraag wie bevoegd was om kennis te nemen van het beroep. De Hoge Raad heeft de Advocaat-Generaal R.E.C.M. Niessen om advies gevraagd, die concludeerde dat het Gerechtshof de bevoegde rechter was. De Hoge Raad heeft deze conclusie gevolgd en het Gerechtshof te Amsterdam aangewezen als de rechter die bevoegd is om het beroep van belanghebbenden te behandelen. Dit arrest bevestigt dat het Uitwerkingsbesluit, voor zover het betrekking heeft op fiscaal betaald parkeren, moet worden aangemerkt als een besluit op het gebied van belastingen, waardoor de belastingrechter bevoegd is.
De uitspraak van de Hoge Raad is openbaar uitgesproken en is van belang voor de rechtspraktijk, omdat het de bevoegdheid van de belastingrechter in dergelijke jurisdictiegeschillen verduidelijkt. De zaak is van belang voor de rechtszekerheid van belanghebbenden en de rol van de verschillende rechtscolleges in het bestuursrecht.