ECLI:NL:HR:2010:BK6681
Hoge Raad
- Cassatie
- A. Hammerstein
- O. de Savornin Lohman
- F.B. Bakels
- W.A.M. van Schendel
- Rechtspraak.nl
Cassatie over partner- en kinderalimentatie na echtscheiding
In deze zaak gaat het om een geschil tussen voormalige echtelieden over partner- en kinderalimentatie. De man, wonende te Curaçao, heeft cassatie ingesteld tegen een eerdere beschikking van het gerechtshof te 's-Gravenhage. De vrouw had in 2007 een verzoekschrift ingediend bij de rechtbank Rotterdam voor een bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kinderen, alsook voor een bijdrage in haar levensonderhoud. De rechtbank heeft dit verzoek in maart 2008 toegewezen, met ingang van 1 oktober 2007. De man heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, maar het gerechtshof heeft de beschikking van de rechtbank bekrachtigd in februari 2009. De man heeft vervolgens cassatie ingesteld, maar de vrouw heeft geen verweerschrift ingediend.
De Hoge Raad heeft de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat de in de middelen aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden. De Hoge Raad oordeelt dat er geen nadere motivering nodig is, aangezien de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling. De Hoge Raad heeft het cassatieberoep van de man verworpen, waarmee de eerdere beslissingen van de rechtbank en het gerechtshof in stand blijven.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A. Hammerstein, als voorzitter, O. de Savornin Lohman en F.B. Bakels, en is openbaar uitgesproken door raadsheer W.A.M. van Schendel op 5 februari 2010.