ECLI:NL:HR:2010:BM1676

Hoge Raad

Datum uitspraak
18 juni 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
10/01162
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over voorlopige machtiging tot opname in psychiatrisch ziekenhuis en vereisten voor verzoek

In deze zaak gaat het om een cassatieverzoek van een verzoeker die verblijft in de zwakzinnigeninrichting en tevens psychiatrisch ziekenhuis Hoeve Boschoord te Boschoord. De Hoge Raad behandelt de vraag of de officier van justitie bij het verzoek om een voorlopige machtiging tot opname in een psychiatrisch ziekenhuis, naast de geneeskundige verklaring, ook een afschrift moet overleggen van de in artikel 37a van de Wet Bopz bedoelde aantekeningen en van het behandelingsplan zoals bedoeld in artikel 16 lid 4 van de Wet Bopz. De Hoge Raad oordeelt dat voor een beslissing over geschillen met betrekking tot het behandelingsplan of de wijze van behandeling in het ziekenhuis geen plaats is in de machtigingsprocedure. De zaak is behandeld op 18 juni 2010, waarbij de Hoge Raad de beschikking van de rechtbank Assen van 16 februari 2010 in aanmerking heeft genomen. De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend, en de conclusie van de Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad komt tot de conclusie dat de in het middel aangevoerde klachten niet tot cassatie kunnen leiden, en dat verdere motivering niet nodig is, gezien artikel 81 RO. De Hoge Raad verwerpt het beroep, en deze beschikking is openbaar uitgesproken door de raadsheer A. Hammerstein.

Uitspraak

18 juni 2010
Eerste Kamer
10/01162
EE/MD
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[Verzoeker],
verblijvend in de zwakzinnigeninrichting, tevens psychiatrisch ziekenhuis Hoeve Boschoord te Boschoord,
VERZOEKER tot cassatie,
advocaat: mr. P.S. Kamminga,
t e g e n
DE OFFICIER VAN JUSTITIE IN HET ARRONDISSEMENT ASSEN,
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als betrokkene en de officier van justitie.
1. Het geding in feitelijke instantie
Voor het verloop van het geding in feitelijke instantie verwijst de Hoge Raad naar de beschikking in de zaak 77463/FA RK 10-85 van de rechtbank Assen van 16 februari 2010.
De beschikking van de rechtbank is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van de rechtbank heeft betrokkene beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De officier van justitie heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal F.F. Langemeijer strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren A.M.J. van Buchem-Spapens, als voorzitter, J.C. van Oven en W.A.M. van Schendel, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A. Hammerstein op 18 juni 2010.