ECLI:NL:HR:2011:BQ4828
Hoge Raad
- Cassatie
- F.B. Bakels
- W.D.H. Asser
- G. Snijders
- J.C. van Oven
- Rechtspraak.nl
Ontslag van bewindvoerder en mentor in het kader van mentorschap en bewind
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 9 september 2011 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure betreffende het verzoek tot ontslag van een bewindvoerder en mentor. De zaak is aanhangig gemaakt door eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. P. Garretsen, tegen de verweerders, die werden bijgestaan door advocaat mr. H.J.W. Alt. De Hoge Raad verwijst naar eerdere beschikkingen van de rechtbank Groningen en het gerechtshof te Arnhem, waaruit blijkt dat de zaak een lange voorgeschiedenis heeft. De rechtbank Groningen had op 7 april 2009 een beschikking gegeven, gevolgd door beschikkingen van het hof op 25 maart 2010 en 8 juni 2010. Eiser heeft beroep in cassatie ingesteld tegen de beschikking van het hof, waarin verweerders hebben verzocht het beroep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.B. Rank-Berenschot was om het cassatieberoep te verwerpen op basis van artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO). De Hoge Raad heeft de klachten die in het cassatiemiddel zijn aangevoerd, niet gegrond bevonden. De Hoge Raad oordeelt dat de klachten niet tot cassatie kunnen leiden en dat er geen noodzaak is voor nadere motivering, aangezien de klachten niet vragen om beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen, waarmee de eerdere beslissingen van de lagere rechters in stand zijn gebleven. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door raadsheer J.C. van Oven, waarbij de andere raadsheren F.B. Bakels, W.D.H. Asser en G. Snijders betrokken waren.