ECLI:NL:HR:2011:BU4803
Hoge Raad
- Cassatie
- C. Schaap
- J.W.M. Tijnagel
- A.H.T. Heisterkamp
- M.W.C. Feteris
- R.J. Koopman
- Rechtspraak.nl
Cassatie over vergoeding van heffingsrente in vennootschapsbelastingzaak
In deze zaak gaat het om een cassatieprocedure die is ingesteld door de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 14 september 2010. De zaak betreft de vergoeding van heffingsrente aan X B.V. voor het jaar 2006. Aan belanghebbende was een voorlopige aanslag in de vennootschapsbelasting opgelegd, welke op 31 juli 2007 ambtshalve is verminderd zonder vergoeding van heffingsrente. Het bezwaar hiertegen werd door de Inspecteur niet-ontvankelijk verklaard. De Rechtbank te Arnhem heeft de beroepen tegen deze uitspraken gegrond verklaard en de Inspecteur opgedragen opnieuw uitspraak op bezwaar te doen. Het Hof heeft de uitspraak van de Rechtbank vernietigd, maar heeft wel een vergoeding van heffingsrente toegekend aan belanghebbende. De Staatssecretaris heeft hiertegen cassatie ingesteld.
De Hoge Raad heeft het beroep in cassatie gegrond verklaard en de uitspraak van het Hof vernietigd, maar uitsluitend voor zover het Hof een vergoeding van heffingsrente heeft toegekend over de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 juli 2007. De Hoge Raad oordeelt dat het voor belanghebbende opgetreden rentenadeel over het tijdvak van 1 juli 2006 tot en met 31 december 2006 moet worden gecompenseerd. De Hoge Raad heeft geen termen aanwezig geacht voor een veroordeling in de proceskosten. Dit arrest is gewezen door de raadsheer C. Schaap als voorzitter, en de raadsheren J.W.M. Tijnagel, A.H.T. Heisterkamp, M.W.C. Feteris en R.J. Koopman, en is openbaar uitgesproken op 18 november 2011.