ECLI:NL:HR:2012:BX4263

Hoge Raad

Datum uitspraak
26 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11/01343
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Rechters
  • S.C. Rusche
  • Knigge
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie tegen verstekarrest Gerechtshof Leeuwarden in strafzaak

In deze zaak gaat het om een cassatieberoep tegen een verstekarrest van het Gerechtshof te Leeuwarden, gewezen op 17 december 2010, in de strafzaak tegen een verdachte zonder bekende woon- of verblijfplaats. De verdachte, geboren in 1964, heeft het beroep ingesteld via zijn advocaat, mr. S.S. Ilahi, die middelen van cassatie heeft voorgesteld. De Advocaat-Generaal, Knigge, heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

De Hoge Raad heeft de middelen beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet tot cassatie kunnen leiden. Volgens artikel 81 van de Wet op de Rechterlijke Organisatie (RO) behoeft dit geen nadere motivering, aangezien de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen die van belang zijn voor de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

Uiteindelijk heeft de Hoge Raad het beroep verworpen. Het arrest is gewezen door de vice-president als voorzitter en de raadsheren, in aanwezigheid van de waarnemend griffier S.C. Rusche. De uitspraak vond plaats op 26 juni 2012.

Uitspraak

Arrest
op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest van het Gerechtshof te Leeuwarden van 17 december 2010, nummer 24/002734-06, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren te [geboorteplaats] op
[geboortedatum] 1964, zonder bekende woon- of verblijfplaats hier ter lande.

1.Geding in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. S.S. Ilahi, advocaat te Groningen, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Knigge heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

2.Beoordeling van de middelen

De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president
als voorzitter, en de raadsheren en , in bijzijn van de waarnemend griffier S.C. Rusche, en uitgesproken op .