ECLI:NL:HR:2013:CA3293
Hoge Raad
- Cassatie
- A.J.A. van Dorst
- B.C. de Savornin Lohman
- V. van den Brink
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkverklaring verdachte in hoger beroep en rechtsmiddelen
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 18 juni 2013 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam. De verdachte, die zich voordeed als [A], had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de Politierechter in de Rechtbank Haarlem, waarin hij was veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee maanden. Het Hof had de verdachte echter niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, omdat de raadsvrouw van de verdachte bij het instellen van het hoger beroep valse personalia had opgegeven. De Hoge Raad herhaalt relevante overwegingen uit eerdere jurisprudentie en oordeelt dat in dit geval het hoger beroep niet was ingesteld tegen een vonnis waarin de verdachte op andere wijze dan bij naam was aangeduid. De Hoge Raad concludeert dat de enkele omstandigheid dat het Hof niet beschikte over aanwijzingen dat de opgegeven personalia onjuist waren, niet zonder meer leidt tot de niet-ontvankelijkheid van het beroep. De Hoge Raad vernietigt de bestreden uitspraak en wijst de zaak terug naar het Gerechtshof Amsterdam voor een nieuwe behandeling.