ECLI:NL:HR:2020:1857

Hoge Raad

Datum uitspraak
20 november 2020
Publicatiedatum
19 november 2020
Zaaknummer
19/04454
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigverklaring koopovereenkomst en strijd met het EVRM

In deze zaak hebben verzoekers, vertegenwoordigd door advocaat J. de Jong van Lier, cassatie ingesteld tegen de beschikking van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De gemeente Borne, vertegenwoordigd door advocaat J.F. de Groot, heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld. De curator, J. van der Hel, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van NPB Beheer B.V., is niet verschenen. De Hoge Raad heeft de klachten van verzoekers over de beschikking van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de beoordeling van de klachten niet vereist dat er antwoorden worden gegeven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.

De Hoge Raad heeft het incidentele beroep, dat afhankelijk was van de uitkomst van het principale beroep, niet behandeld. In de beslissing heeft de Hoge Raad het principale beroep verworpen en verzoekers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. De kosten zijn begroot op € 879,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris aan de zijde van de gemeente, terwijl de kosten aan de zijde van de curator op nihil zijn begroot. Deze beschikking is gegeven op 20 november 2020 en openbaar uitgesproken door raadsheer M.J. Kroeze.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer19/04454
Datum20 november 2020
BESCHIKKING
In de zaak van
1. [verzoeker 1],
wonende te [woonplaats],
2. [verzoeker 2],
wonende te [woonplaats],
3. André HAMMINK,
wonende te [woonplaats],
VERZOEKERS tot cassatie, verweerders in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep,
hierna gezamenlijk: [verzoekers],
advocaat: J. de Jong van Lier,
tegen
1. GEMEENTE BORNE,
zetelende te Borne,
VERWEERSTER in cassatie, verzoekster in het voorwaardelijk incidentele cassatieberoep,
hierna: de gemeente,
advocaat: J.F. de Groot,
2. J. VAN DER HEL, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van NPB BEHEER B.V.,
kantoorhoudende te Enschede,
VERWEERDER in cassatie,
hierna: de curator,
niet verschenen.
1. Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
de beschikking in de zaak C/08/196376/HA RK 17-5 van de rechtbank Overijssel van 7 februari 2018;
de beschikking in de zaak 200.238.659/01 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 28 juni 2019.
[verzoekers] hebben tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld.
De curator heeft geen verweerschrift ingediend.
De gemeente heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld.
Het cassatierekest en het verweerschrift tevens houdende incidenteel cassatieberoep zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.
[verzoekers] en de gemeente hebben over en weer een verweerschrift tot verwerping van het beroep ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal R.H. de Bock strekt tot verwerping van het principale cassatieberoep.
De advocaat van [verzoekers] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel in het principale beroep

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
Het incidentele beroep, dat is ingesteld onder de voorwaarde dat het middel in het principale beroep tot vernietiging van de beschikking van het hof leidt, behoeft gelet op hetgeen hiervoor is overwogen geen behandeling.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
  • verwerpt het principale beroep;
  • veroordeelt [verzoekers] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de gemeente begroot op € 879,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris en aan de zijde van de curator begroot op nihil.
Deze beschikking is gegeven door de vicepresident C.A. Streefkerk als voorzitter en de raadsheren G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek, H.M. Wattendorff en A.E.B. ter Heide, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op
20 november 2020.