In deze zaak hebben verzoekers, vertegenwoordigd door advocaat J. de Jong van Lier, cassatie ingesteld tegen de beschikking van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De gemeente Borne, vertegenwoordigd door advocaat J.F. de Groot, heeft voorwaardelijk incidenteel cassatieberoep ingesteld. De curator, J. van der Hel, in zijn hoedanigheid van curator in het faillissement van NPB Beheer B.V., is niet verschenen. De Hoge Raad heeft de klachten van verzoekers over de beschikking van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de beoordeling van de klachten niet vereist dat er antwoorden worden gegeven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft het incidentele beroep, dat afhankelijk was van de uitkomst van het principale beroep, niet behandeld. In de beslissing heeft de Hoge Raad het principale beroep verworpen en verzoekers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie. De kosten zijn begroot op € 879,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris aan de zijde van de gemeente, terwijl de kosten aan de zijde van de curator op nihil zijn begroot. Deze beschikking is gegeven op 20 november 2020 en openbaar uitgesproken door raadsheer M.J. Kroeze.