ECLI:NL:HR:2021:671

Hoge Raad

Datum uitspraak
30 april 2021
Publicatiedatum
29 april 2021
Zaaknummer
20/00504
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Cassatie over kennelijk onredelijk ontslag bij reorganisatie op basis van sociaal plan

In deze zaak heeft verzoekster, wonende te [woonplaats], cassatie ingesteld tegen de beschikking van het hof. De zaak betreft een kennelijk onredelijk ontslag in het kader van een reorganisatie, waarbij de regels van het sociaal plan nageleefd dienden te worden. De Hoge Raad heeft de beschikking van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten van verzoekster niet kunnen leiden tot vernietiging van de beschikking. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde zijn niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie. De Hoge Raad heeft het beroep van verzoekster verworpen en haar in de kosten van het geding in cassatie veroordeeld, die aan de zijde van de verweerder, United Telecommunication Services N.V. (UTS), zijn begroot op € 6.799,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris. Deze beschikking is gegeven op 30 april 2021 en openbaar uitgesproken door raadsheer M.J. Kroeze.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer20/00504
Datum30 april 2021
BESCHIKKING
In de zaak van
[verzoekster],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
hierna: [verzoekster],
advocaat: M.B.A. Alkema,
tegen
UNITED TELECOMMUNICATION SERVICES N.V.,
gevestigd te Willemstad, Curaçao,
VERWEERSTER in cassatie,
hierna: UTS,
advocaat: J.W.H. van Wijk.
1.
Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
de beschikking in de zaak CUR201803029 van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao van 23 oktober 2018;
de beschikking in de zaak CUR2018H00467 van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 12 november 2019.
[verzoekster] heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest en het aanvullend verzoekschrift zijn aan deze beschikking gehecht en maken daarvan deel uit.
UTS heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De conclusie van de Advocaat-Generaal G.R.B. van Peursem strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [verzoekster] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2.Beoordeling van het middel

De Hoge Raad heeft de klachten over de beschikking van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van die beschikking. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).

3.Beslissing

De Hoge Raad:
  • verwerpt het beroep;
  • veroordeelt [verzoekster] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van UTS begroot op € 6.799,07 aan verschotten en € 1.800,-- voor salaris.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren G. Snijders, als voorzitter, H.M. Wattendorff en A.E.B. ter Heide, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer M.J. Kroeze op
30 april 2021.