Uitspraak
Parketnummer: 820.00003/17
Vonnis van dit Gerecht
[C],geboren op [een datum in het jaar] 1976 te Sint Maarten,wonende in Sint Maarten, [adres].
“1. De in artikel 54, eerste lid, bedoelde ambtenaren en personen maken van hun bevindingen proces-verbaal op en delen dit in afschrift mee aan de bekeurde.
2. Alle processen-verbaal betreffende de bij deze landsverordening strafbaar gestelde feiten worden ingezonden aan de Directeur. De Directeur doet de processen-verbaal betreffende strafbare feiten, ter zake waarvan inverzekeringstelling of voorlopige hechtenis is toegepast dan wel een woning zonder de uitdrukkelijke toestemming van de bewoner is binnengetreden, met de inbeslaggenomen voorwerpen, onverwijld toekomen aan de officier van justitie. De overige processen-verbaal doet de Directeur met de inbeslaggenomen voorwerpen toekomen aan de officier van justitie indien hij een vervolging wenselijk acht.”
NJ2004, 376).
of omstreeksde periode van 1 januari 2014 tot en met 31 december 2017 in Sint Maarten meermalen
telkens al dan nietopzettelijk,
,die ingevolge de Algemene
landsverordening
landsbelastingen, verplicht was tot het binnen een gestelde termijn doen van aangifte Inkomstenbelasting, dat niet binnen de gestelde termijn
en/of onjuist en/of onvolledigheeft gedaan,
al dan nietopzettelijk nagelaten om binnen de gestelde termijn aangifte Inkomstenbelasting
(betreffende de belastingjaren 2013, 2014, 2015 en
/of2016
)te doen,
of omstreeksde periode van 1 juni 2013 tot en met 15
augustusdecember2016 in Sint Maarten, meermalen
telkens al dan nietopzettelijk,
landsverordening
landsbelastingen, verplicht was tot het binnen een gestelde termijn doen van aangifte Belasting op Bedrijfsomzetten (Turnover Tax), dat
niet binnen de gestelde termijn en/ofonjuist en
/ofonvolledig heeft gedaan,
al dan nietopzettelijk, in de maandelijkse aangiften Belasting op de Bedrijfsomzetten van [eenmansbedrijf van C]
(betreffende
detijdvakken in 2013, 2014, 2015 en
/of2016
)een te lage en
/ofonjuiste bedrijfsomzet vermeld,
(cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
“Bij de heffing van belastingen zijn in het algemeen gewichtige gemeenschapsbelangen betrokken. Met belastingheffing wordt immers beoogd dat het desbetreffende land, in dit geval Sint Maarten, geldmiddelen verschaft die voor zijn instandhouding en taakvervulling noodzakelijk zijn. De verdachte heeft door zijn handelen deze gemeenschapsbelangen geschonden. Zulk gedrag leidt er uiteindelijk toe dat andere, bonafide belastingplichtigen meer belasting moeten betalen. Dit klemt temeer in een kleine gemeenschap, zoals die van Sint Maarten. Het spreekt immers voor zich dat naarmate de gemeenschap kleiner is, de begroting kleiner is en daarmee de impact van belastingontduiking groter is. In een tijd zoals deze, waarin Sint Maarten de verwoestende werking van orkaan Irma te boven probeert te komen, is het extra wrang dat de verdachte met zijn constructiebedrijf op deze schaal belasting heeft ontdoken. In zoverre is de forse strafeis van de officier van justitie niet onbegrijpelijk te noemen.
“[de voormalig president van de Centrale Bank] op meer tijdstippen in de periode van 28 maart 2007 tot en met 23 maart 2015 op de Nederlandse Antillen en in Curaçao opzettelijk als degene die ingevolge de Algemene landsverordening landsbelastingen verplicht was tot het binnen een gestelde termijn doen van aangifte Inkomstenbelasting, de aangiften Inkomstenbelasting, als in de tenlastelegging genoemd, over de aangiftevakken 2006 tot en met 2014 onjuist heeft gedaan door een te laag persoonlijk inkomen op te geven, terwijl daarvan het gevolg zou kunnen zijn dat nadeel voor de Nederlandse Antillen en voor Curaçao kon ontstaan.”
BESLISSING
taakstraf, bestaande uit een werkstrafvoor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
90 (negentig) dagen hechtenis;
gevangenisstrafvoor de duur van
12 (twaalf) maanden;
proeftijd van 3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.