ECLI:NL:OGHACMB:2020:297
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.M. van der Bunt
- Th.G. Lautenbach
- O. Nijhuis
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot wijziging van voornamen in het kader van de bescherming van het privéleven en de identiteit
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 11 december 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot wijziging van voornamen. De appellant, geboren in Haddaadin, Libanon, heeft zijn verzoek tot wijziging van zijn voornamen ingediend, omdat hij van mening is dat zijn huidige voornamen associaties oproepen met terrorisme en drugshandel, wat leidt tot ongemak en psychische druk tijdens zijn reizen. De appellant heeft zijn argumenten onderbouwd met verwijzingen naar zijn recht op respect voor zijn privéleven, zoals vastgelegd in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Het Hof heeft vastgesteld dat de Ambtenaar van de Burgerlijke Stand geen bezwaar heeft tegen de verzochte wijziging en dat er een voldoende zwaarwichtig belang bestaat voor de wijziging van de voornamen. Het Hof heeft overwogen dat voornamen een belangrijke rol spelen in de identificatie van personen en dat de overheid voorwaarden kan stellen aan naamswijzigingen ter bescherming van het algemeen belang.
Uiteindelijk heeft het Hof de bestreden beschikking van het Gerecht in eerste aanleg vernietigd en het verzoek van de appellant toegewezen, waarbij de ambtenaar van de burgerlijke stand werd gelast de voornamen van de appellant te wijzigen. De uitspraak benadrukt het belang van de bescherming van het privéleven en de identiteit van individuen in het kader van naamswijzigingen.