ECLI:NL:OGHACMB:2021:354

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
1 oktober 2021
Publicatiedatum
7 oktober 2021
Zaaknummer
SXM2021H00068
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen beschikking tot echtscheiding op grond van duurzame ontwrichting van het huwelijk

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een beschikking tot echtscheiding, uitgesproken door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten. De man, die in Den Haag woont, is in hoger beroep gekomen van de beschikking die op 17 mei 2021 is uitgesproken. De vrouw, die in Sint Maarten woont, had op 16 december 2019 verzocht om de echtscheiding op grond van duurzame ontwrichting van het huwelijk. De man betwist in hoger beroep dat het huwelijk duurzaam is ontwricht en geeft aan bereid te zijn om aan de relatie te werken. Tijdens de mondelinge behandeling op 26 augustus 2021 heeft de vrouw verklaard dat zij het huwelijk nog een kans wil geven, wat het Hof heeft meegenomen in zijn beoordeling. Het Hof concludeert dat de vrouw haar verzoek om echtscheiding niet langer gestand doet en dat het huwelijk niet duurzaam is ontwricht. Het hoger beroep heeft succes, de bestreden beschikking wordt vernietigd en de vordering van de vrouw wordt afgewezen, met compensatie van kosten.

Uitspraak

Burgerlijke zaken over 2021 Beschikking no.:
Registratienummers: SXM201901321 – SXM2021H00068
Uitspraak: 1 oktober 2021
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
B E S C H I K K I N G
in de zaak van:
[Appellant],
wonend in Den Haag,
oorspronkelijk verweerder,
thans appellant,
hierna: de man,
procederend in persoon,
tegen
[Geintimeerde],
wonend in Sint Maarten,
oorspronkelijk verzoekster,
thans geïntimeerde,
hierna: de vrouw,
procederend in persoon.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Bij op 27 mei 2021 ingediend beroepschrift is de man in hoger beroep gekomen van de tussen partijen gegeven en op 17 mei 2021 uitgesproken beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten (verder: het Gerecht). Op 2 juni 2021 heeft de man een aanvulling op zijn beroepschrift ingediend.
1.2.
De vrouw heeft geen verweerschrift ingediend.
1.3.
Bij de bestreden beschikking is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. Het hoger beroep strekt tot vernietiging van die beschikking
1.4.
Op 26 augustus 2021 heeft de mondelinge behandeling van het hoger beroep plaatsgevonden, waarbij de man heeft ingebeld vanuit Nederland. Beide partijen hebben het woord gevoerd.
1.5.
Na afloop van de zitting is uitspraak bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

2.1.
Partijen zijn op 23 oktober 2006 in Barbados buiten gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd. Uit het huwelijk zijn geen kinderen geboren.
2.2.
De vrouw heeft op 16 december 2019 verzocht de echtscheiding tussen partijen uit te spreken op de grond dat het huwelijk tussen partijen duurzaam is ontwricht. Het Gerecht heeft het verzoek als verzocht en op de wet gegrond (art. 1:151 BW) toegewezen.
2.3.
De man bestrijdt in hoger beroep dat het huwelijk tussen partijen duurzaam is ontwricht. Hij erkent dat partijen het niet over alles eens zijn met elkaar, en dat er punten zijn waaraan partijen nog moeten werken, maar daar is hij naar zijn zeggen toe bereid, omdat hij voor altijd bij de vrouw wil blijven.
2.4.
Uit het verhandelde ter zitting is het Hof gebleken dat partijen na de beschikking van het Gerecht met elkaar hebben gesproken. Zij zijn daarbij kennelijk ook weer nader tot elkaar gekomen, want in antwoord op de door de man gegeven toelichting op het beroep, heeft de vrouw ter zitting verklaard dat zij het huwelijk van partijen nog een kans wil geven. De vrouw heeft die wens ter zitting meerdere malen en uitdrukkelijk herhaald en daarmee bij het Hof geen twijfel erover laten bestaan dat zij een echtscheiding tussen partijen niet langer wenst en dat het huwelijk niet duurzaam is ontwricht.
2.5.
Het Hof concludeert dat de vrouw haar verzoek om de echtscheiding tussen partijen uit te spreken niet langer gestand doet, althans niet langer van mening is dat het huwelijk tussen partijen duurzaam is ontwricht. Het hoger beroep heeft dus succes: de bestreden beschikking zal worden vernietigd en opnieuw rechtdoende in hoger beroep zal de vordering alsnog worden afgewezen, zulks wederom met compensatie van kosten omdat partijen echtgenoten van elkaar zijn.

3.De beslissing

Het Hof:
vernietigt de bestreden beschikking; en
opnieuw rechtdoende in hoger beroep:
wijst de vordering van de vrouw af;
compenseert de kosten van het hoger beroep aldus dat elke partij de eigen kosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mrs. A.S. Arnold, M.W. Scholte en F.W.J.. Meijer, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en ter openbare terechtzitting van het Hof in Sint Maarten uitgesproken op 1 oktober 2021 in tegenwoordigheid van de griffier.