ECLI:NL:PHR:2014:2696
Parket bij de Hoge Raad
- Mr. Harteveld
- Rechtspraak.nl
Strafmotivering en cassatie in strafzaken met betrekking tot diefstal en persoonlijke omstandigheden van de verdachte
In deze zaak heeft het Gerechtshof 's-Hertogenbosch op 21 november 2013 een vonnis van de politierechter in de Rechtbank Breda bevestigd, waarbij de verdachte wegens diefstal is veroordeeld tot een gevangenisstraf van een week. De verdachte heeft beroep in cassatie ingesteld, waarbij zijn advocaat, Mr. A.A. Nunnikhoven, een middel van cassatie heeft voorgesteld. De Hoge Raad heeft in zijn conclusie geoordeeld dat het Hof de strafoplegging toereikend heeft gemotiveerd en dat er geen noodzaak was voor een nadere motivering op basis van artikel 359.2 van het Wetboek van Strafvordering. De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot vernietiging van het bestreden arrest, maar uitsluitend wat betreft de strafoplegging, en tot terugwijzing naar het Gerechtshof 's-Hertogenbosch voor herbehandeling.
De verdachte is op 10 juni 2012 te Tilburg betrapt op het stelen van negentien pakjes scheermesjes, toebehorend aan Albert Heijn. De politierechter heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit en de recidive van de verdachte. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de verdediging gepleit voor een voorwaardelijke straf, waarbij de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals zijn verslaving en de behandeling in een kliniek, zijn aangevoerd. Het Hof heeft echter geoordeeld dat de eerdere veroordelingen van de verdachte, waaronder werkstraffen en voorwaardelijke straffen, niet hebben geleid tot een verandering in zijn gedrag, en heeft daarom een onvoorwaardelijke gevangenisstraf gerechtvaardigd geacht.
De verdediging heeft betoogd dat de strafoplegging niet in verhouding staat tot de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en dat het Hof onvoldoende rekening heeft gehouden met de positieve veranderingen in zijn leven. De Hoge Raad heeft in zijn conclusie aangegeven dat het Hof niet voldoende is ingegaan op de argumenten van de verdediging en dat de strafmotivering niet voldoende onderbouwd is. De zaak wordt terugverwezen naar het Gerechtshof voor een nieuwe beoordeling van de strafoplegging, waarbij de persoonlijke omstandigheden van de verdachte opnieuw in overweging moeten worden genomen.