Conclusie
middelbehelst de klacht dat het bewezen verklaarde niet uit de inhoud van de gebezigde bewijsmiddelen kan worden afgeleid.
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam de verdachte veroordeeld voor verduistering van steigermaterialen, die hij had gehuurd van [A] B.V. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van één maand. De verdachte heeft beroep in cassatie ingesteld, waarbij zijn advocaat één middel van cassatie heeft voorgesteld. Dit middel betreft de klacht dat het bewezen verklaarde niet kan worden afgeleid uit de gebezigde bewijsmiddelen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 1 augustus 2012 tot en met 8 augustus 2012 opzettelijk diverse steigermaterialen, toebehorende aan [A] B.V., wederrechtelijk heeft toegeëigend. De verdachte had de materialen gehuurd, maar heeft deze na afloop van de huurperiode niet geretourneerd en geen aangifte van diefstal gedaan, ondanks dat hij beweerde dat de materialen waren gestolen. Het hof verwierp het verweer van de verdediging, die stelde dat er geen sprake was van wederrechtelijke toe-eigening omdat de verdachte de materialen had gehuurd en een aanbetaling had gedaan. De Hoge Raad concludeert dat de bewezenverklaring niet voldoende met redenen is omkleed, omdat niet kan worden afgeleid dat de verdachte zich de goederen wederrechtelijk heeft toegeëigend. De conclusie van de Advocaat-Generaal strekt tot vernietiging van het bestreden arrest en terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof Amsterdam voor herbehandeling.