Conclusie
PROCUREUR-GENERAAL
BIJ DE
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CONCLUSIE
“openlijk in vereniging geweld plegen tegen personen”veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twaalf weken, waarvan zes weken voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en met aftrek op grond van artikel 27 Sr.
eerste middelklaagt over het oordeel van het hof dat de overschrijding van de redelijke termijn in hoger beroep geen aanleiding geeft tot strafvermindering. Daartoe wordt aangevoerd dat een voortvarende behandeling in eerste aanleg op geen enkele wijze wegneemt dat de verdachte langer dan voorgeschreven heeft moeten leven met de vrees voor deze strafzaak na het instellen van het hoger beroep. Bovendien, zo stelt het middel onder verwijzing naar ECLI:NL:HR:2020:1558, heeft het hof geen aanvullende motivering gegeven waaruit zou kunnen volgen dat het achterwege laten van strafvermindering, (toch) niet onbegrijpelijk is.
“de ouderdom van het feit”. Dit verzoek kan bezwaarlijk worden aangemerkt als een verweer met betrekking tot een overschrijding van de redelijke termijn. [2]
tweede middelklaagt dat de inzendtermijn in cassatie is overschreden.