ECLI:NL:PHR:2024:624
Parket bij de Hoge Raad
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep tegen veroordeling voor opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet met betrekking tot grote hoeveelheden softdrugs
In deze zaak is de verdachte, een coffeeshopuitbater in Heerlen, veroordeeld voor het opzettelijk aanwezig hebben van grote hoeveelheden softdrugs, in strijd met de Opiumwet. Het gerechtshof 's-Hertogenbosch bevestigde eerder het vonnis van de rechtbank Limburg, waarin de verdachte een gevangenisstraf van negen maanden, waarvan drie voorwaardelijk, kreeg opgelegd. De verdachte had meer dan 39 kilo softdrugs in zijn coffeeshop aanwezig, wat ver boven de toegestane hoeveelheid van 500 gram ligt. In cassatie zijn vier middelen voorgesteld door de raadsman van de verdachte, waarbij onder andere werd geklaagd over de wijze waarop het hof omging met de bewijsvoering en de strafoplegging. Het hof heeft de verweren van de verdachte en zijn raadsman niet opgevat als verzoeken om vrijspraak, maar heeft de bewezenverklaring integraal bevestigd. De conclusie van de plv. AG was dat de eerste drie middelen falen, maar dat het vierde middel slaagt vanwege de overschrijding van de inzendtermijn in de cassatiefase. Dit leidt tot een vermindering van de opgelegde straf, terwijl het beroep voor het overige wordt verworpen.