Conclusie
1.Inleiding
2.Het middel
opzettelijkgebruik heeft gemaakt van een vervalst document.
Parket bij de Hoge Raad
In deze zaak is de verdachte, geboren in 1990, veroordeeld door het gerechtshof 's-Hertogenbosch voor het medeplegen van opzettelijk gebruik maken van een vervalst geschrift, als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte heeft op 24 juli 2014 een vervalst document overgelegd aan de Immigratie- en Naturalisatiedienst ter verkrijging van een verblijfsvergunning. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte opzettelijk gebruik heeft gemaakt van dit vervalste geschrift, ondanks het verweer van de raadsman dat de verdachte geen opzet had op het gebruik van het vervalste document. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte de aanvraag voor de verblijfsvergunning heeft ondertekend en dat hij de nodige zorgvuldigheid had moeten betrachten bij het indienen van de aanvraag. De verdachte heeft erkend dat hij nooit in Spanje ingeschreven heeft gestaan, wat de vervalsing van het document bevestigt. De conclusie van de procureur-generaal strekt tot vernietiging van de uitspraak van het hof en terugwijzing van de zaak, omdat het hof niet voldoende heeft gemotiveerd dat de verdachte voorwaardelijk opzet had op het gebruik van het vervalste document. De redelijke termijn voor de cassatieprocedure is overschreden, wat ook in aanmerking moet worden genomen bij de terugwijzing.