Conclusie
Nummer23/04656 P
Inleiding
De zaak kort geschetst
Het eerste middel
De terechtzitting en het bestreden arrest
Het gaat op dit moment redelijk met me. Wanneer mij een ontnemingsmaatregel wordt opgelegd dan zal ik die waarschijnlijk niet kunnen betalen.” De raadsman heeft er bij pleidooi (zie p. 6 van het proces-verbaal) op gewezen dat de betrokkene heeft verklaard geen voordeel te hebben genoten. De raadsman verzette zich tegen het gebruik van het ‘cokeboek’ als aanknopingspunt voor toerekening en betoogde dat toepassing van een concrete voordeelberekening met een procentuele verdeling van het aldus vastgestelde voordeel slechts “
gokwerk” betreft.
Vooropgesteld moet worden dat de rechter, in het geval er verscheidene daders zijn, niet altijd de omvang van het voordeel van elk van die daders aanstonds zal kunnen vaststellen. Dan zal hij op basis van alle hem bekende omstandigheden van het geval, zoals de rol die de onderscheiden daders hebben gespeeld en het aantreffen van het voordeel bij één of meer van hen, moeten bepalen welk deel van het totale voordeel aan elk van hen moet worden toegerekend. Indien de omstandigheden van het geval onvoldoende aanknopingspunten bieden voor een andere toerekening, kan dit ertoe leiden dat het voordeel pondspondsgewijze wordt toegerekend. Dat betekent niet dat de rechter, in het geval er verscheidene daders zijn, verplicht is tot een verdeling te komen en evenmin dat pondspondsgewijze toerekening, ingeval de rechter wel tot een verdeling komt, dan op zichzelf het uitgangspunt dient te vormen. De omstandigheden van het geval zijn in deze beslissend. Voor het antwoord op de vraag in hoeverre de rechter tot een nadere motivering van zijn oordeel is gehouden, komt bovendien gewicht toe aan de procesopstelling van de betrokkene.
Een nadere omschrijving van het eerste middel
De bespreking van het middel
op geen enkel moment heeft verklaard omtrent de rol die zij bij het versnijdingslaboratorium heeft vervuld en het financiële voordeel dat haar daarbij is toegekomen. Haar verklaring niets te hebben verdiend komt het hof hoogst onaannemelijk voor.”
Het tweede middel
gokwerk” betreft.