Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM,
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Tribunal de Grande Instancete Nancy (Frankrijk) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
De rechtbank overweegt hierbij – ten overvloede – dat de overlevering wordt verzocht in verband met een vervolging en dat het strafrechtelijk onderzoek naar de feiten in Frankrijk nog niet is afgerond. De in het EAB omschreven feiten kunnen in de loop van dat onderzoek nader worden ingekaderd.
4.Strafbaarheid. Feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Onschuldverweer
6.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de OLW
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13, aanhef en eerste lid, OLW
- Het onderzoek is aangevangen in Frankrijk;
- Mededaders worden vervolgd in Frankrijk dan wel er worden personalia van medeverdachten genoemd in het EAB;
- Het bewijs ligt in Frankrijk;
- Op [bedrijf 1] na (Luxemburgs bedrijf), zijn alle slachtoffers Franse bedrijven.
- Frankrijk heeft door het uitvaardigen van het EAB aangegeven te willen vervolgen;
- Er is in Frankrijk ingebroken in de vrachtwagens.
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsartikelen
10.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de procureur van de Republiek bij het
Tribunal de Grande Instancete Nancy (Frankrijk) ten behoeve van het in Frankrijk tegen hem gerichte strafrechtelijk onderzoek naar de feiten waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.