Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Gedaagden hebben verweer gevoerd met conclusie tot weigering van de gevraagde voorzieningen. Upper Brook en PIAM hebben producties in het geding gebracht en alle partijen hebben hun standpunten toegelicht aan de hand van pleitaantekeningen. Na verder debat hebben partijen verzocht vonnis te wijzen.
2.De feiten
Libyan Investment Authority(hierna: de LIA), een entiteit van de staat Libië, US$ 300 miljoen geïnvesteerd in een investeringsfonds dat destijds het Palladyne Gobal Diversified Portfolio Fund Limited heette. Daarnaast hebben twee andere entiteiten van de Libische Staat nog US$ 400 miljoen geïnvesteerd in twee andere fondsen (alle fondsen hierna tezamen te noemen: de Upper Brook Companies).
Investment Management Agreement(verder de Overeenkomst) is bepaald dat PIAM voor haar werkzaamheden recht heeft op een managementvergoeding, vooruit te betalen per kwartaal.
resolution of the sole shareholder, gedateerd 8 juli 2014, is PIAM met onmiddellijke ingang ontslagen als bestuurder van Upper Brook en zijn [naam 9] en [naam 1] met onmiddellijke ingang als bestuurders van Upper Brook benoemd. Deze
resolutionis namens de LIA ondertekend door [naam 10] , die daarin wordt aangeduid als
Chairman of the Board of Directorsvan de LIA.
Investment Management Agreementmet PIAM met onmiddellijke ingang te beëindigen. Namens Upper Brook hebben zij PIAM vervolgens brieven gezonden, althans doen zenden, die strekken tot beëindiging van de
Investment Management Agreementmet onmiddellijke ingang.
within the coming weeksduidelijkheid werd verwacht over de vraag wie de bevoegde vertegenwoordiger van de LIA is, wanneer het Libische parlement de Libische Government of National Accord (GNA) – die de steun heeft van onder meer de Verenigde Naties – accepteert en de GNA de vraag naar het leiderschap over de LIA beantwoordt.
3.Het geschil
standstillten aanzien van de betalingen uit dat fonds. Zij stelt bij die voorzieningen een spoedeisend belang te hebben.
4.De beoordeling
legal opinionsovergelegd die hun gelijk ondersteunen.
assetsvan Upper Brook te liquideren, kan worden opgemaakt uit de notulen van de bestuursvergadering van 4 mei 2014. Zolang niet vaststaat welke van beide LIA’s uiteindelijk zal worden erkend, moet gelet op de ruime omschrijving van het begrip ‘bevriezen’ in de sanctiematregelen, rekening worden gehouden met de mogelijkheid dat de 843a Rv-vordering een omzeiling van het sanctieregime behelst.
816,00