Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Court of Trento – Preliminary Investigations Judges Office(Italië) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
pre-trial in custody order issued by the Judge for the preliminary investigations(referentie: nr. 187412019 R. GIP. en 2176/2016 RGNR - 09/2016 D.D.A.).
4.Genoegzaamheid van het EAB
‘with the intermediation of’de opgeëiste persoon, zonder dat duidelijk wordt waaruit zijn betrokkenheid heeft bestaan.
Count I:
‘Form A’van de sirene-signalering wordt als pleegperiode genoemd: januari 2017 tot februari 2018.
Count II:
Episode nr. 4: de opgeëiste persoon zou, samen met anderen, 390 kilogram hasj hebben gekocht in Pompeï, waarna de hasj zou zijn vervoerd en doorverkocht (pleegperiode: 21 februari 2017 tot 7 maart 2017).
Episode nr. 9: de opgeëiste persoon zou, samen met anderen, 900 kilogram hasj hebben ingevoerd in Lavelle, waarna de hasj zou zijn verborgen en onderverdeeld (pleegdatum: 9 mei 2017).
Episode nr. 11: de opgeëiste persoon zou, samen met anderen, hasj hebben gekocht in Milaan (pleegdatum: 20 mei 2017).
Episode nr. 12: de opgeëiste persoon zou 900 kilogram hasj hebben ingevoerd, waarna mededaders de drugs zouden hebben verkocht in Pompeï en vervoerd naar Lavelle (pleegdatum: 2 juni 2017).
Episode nr. 20: de opgeëiste persoon zou, samen met anderen, 210 kilogram hasj hebben gekocht, waarna een ander de drugs van Napels naar Cerignola zou hebben vervoerd (pleegdatum: 2 september 2017).
Episode nr. 26: de opgeëiste persoon zou, samen met anderen, 950 kilogram hasj hebben ingevoerd vanuit Spanje, waarna een ander de drugs zou hebben vervoerd (pleegdatum: 22 februari 2017).
5.Strafbaarheid; feiten vermeld op bijlage 1 bij de OLW
6.Onschuldverweer
7.Garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
Ministero della Giustiziaheeft bij brief van 31 januari 2020 de volgende garantie gegeven:
“(…) the prison where he is going to serve his sentence will be specified as soon as a decision is made on the procedure for his surrender to Italy”. De rechtbank ziet in de aangehaalde tekst echter geen reden om te twijfelen aan de terugkeergarantie en is van oordeel dat deze voldoende is.
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 3, onder A, van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 3, onder B, van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd;
- deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10, derde en vierde lid, van de Opiumwet;
- deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 11, derde en vierde lid, van de Opiumwet.
8.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13, eerste lid, aanhef en onder a, OLW
Artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (Handvest): detentieomstandigheden
personal spacezullen hebben. Ten aanzien van deze detentiecentra heeft de rechtbank geoordeeld dat een reëel gevaar bestaat op een onmenselijke of vernederende behandeling. In die overleveringszaak heeft de rechtbank het onderzoek daarom heropend en geschorst om de officier van justitie in de gelegenheid te stellen de volgende vraag voor te leggen aan de uitvaardigende justitiële autoriteit:
Directorate General of Prisonersvan het Italiaanse
Ministry of Justice, Department of Penitentiary Administration- kort gezegd - laten weten dat geen enkele gedetineerde minder dan 3 vierkante meter
personal spacezal hebben, omdat gebruik wordt gemaakt van een systeem waarmee de situatie in alle Italiaanse gevangenissen in
real timekan worden gevolgd. Verder staat in de brief:
10.Artikel 47 van het Handvest: redelijke termijn
11.Slotsom
12.Toepasselijke wetsartikelen
13.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the Court of Trento – Preliminary Investigations Judges Office(Italië).