In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een man en een vrouw over de verdeling van hun ontbonden huwelijksgemeenschap. De partijen, die op 19 oktober 2010 zijn gehuwd en op 20 juli 2018 zijn gescheiden, hebben een perceel land in Paramaribo, Suriname, dat eigendom is van de vrouw, en verschillende leningen ter waarde van € 20.000,- bij GODO Bank en € 20.420,- bij Defam. De man vorderde onder andere dat de vrouw hem een vergoeding zou betalen voor zijn aandeel in het perceel land en de kosten van de eigendomsoverdracht. De vrouw voerde verweer en vorderde in reconventie de toedeling van het perceel land aan haar zonder verdere verrekening, alsook een vergoeding voor inboedelgoederen die de man zonder haar instemming had meegenomen.
De rechtbank oordeelde dat de ontbonden algehele gemeenschap van goederen niet volledig was verdeeld en dat de hoofdregel is dat de verdeling bij helfte dient plaats te vinden, tenzij er zeer uitzonderlijke omstandigheden zijn. De rechtbank concludeerde dat er geen dergelijke omstandigheden waren en dat de vrouw het perceel land moest overnemen tegen een waarde van € 40.000,-, waarvoor zij de man € 20.000,- moest betalen. Daarnaast werd bepaald dat de vrouw de lening bij Defam als eigen schuld moest voldoen en dat de man € 6.059,50 aan de vrouw moest betalen. Uiteindelijk werd de vrouw veroordeeld tot betaling van € 13.940,50 aan de man wegens overbedeling. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten droeg.