Uitspraak
RECHTBANK Amsterdam
1.de stichtingSTICHTING PENSIOENFONDS RAIL & OPENBAAR VERVOER,2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidGALAXY TOWER APARTMENTS BEHEER B.V.,3. de commanditaire vennootschapGALAXY TOWER APARTMENTS BEHEER C.V.,
2.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidDE LELIE VASTGOED B.V.,
3.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidAMRÂTH HOTELS & RESTAURANTS B.V.
tussengekomen partij en eiseres in conventie,
gedaagde in conventie,
gedaagde in reconventie,
hierna te noemen: Amrâth,
DE LELIE VASTGOED B.V.,
1.De procedure in de hoofdzaak en de vrijwaringszaak
2.De zaak in het kort
3.De feiten
“Met opmerkingen [A46]: Is al geregeld in meerpartijenovereenkomst”.
onder de voorwaarde dat de Installateur op grond van de Aannemingsovereenkomst Installaties toekomende bouwtermijnen – inclusief BTW – en door de Ontwikkelaar en/of Belegger Woningen en Belegger Hotel goedgekeurd meerwerk volledig aan de Installateur is voldaan”, en dat dit voorstel door Rail & OV is doorgehaald.
De Aannemer verplicht zich jegens Opdrachtgever om in de overeenkomsten met onderaannemers op te nemen dat zij afstand doen van eventuele retentierechten zoals geregeld in artikel 3:290 (e.v.) BW.
Aannemer verklaart dat hij met betrekking tot het Werk of delen van het Werk, afstand doet van zijn mogelijkheid om zich op het retentierecht te beroepen ter zake van het Werk of elk ander recht om de oplevering op te schorten of het Werk in zijn geheel of delen daarvan, danwel vanaf de datum van oplevering, in bezit te houden, tenzij vaststaat dat Opdrachtgever in verzuim is met betaling van de reguliere termijnen van de aannemingssom (inclusief opgedragen meer- en minderwerk).”
dat de Aannemer bereid is vorenbedoelde afbouwgarantie te verlenen onder de voorwaarde dat de hem toekomende termijnen en verschuldigd meerwerk aan hem zullen worden uitgekeerd conform de Aannemingsovereenkomst, waartoe Belegger Woningen en de Belegger Hotel bereid zijn, onder voorwaarden als hieronder nader bepaald;
4.Het geschil in de hoofdzaak:
in relatie tot Ballast Nedam in conventiena wijziging van eis bij akte van 26 februari 2025 – samengevat – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
vorderingen 1 tot met 8.
in relatie tot Ballast Nedambij conclusie van eis van 5 juni 2024 – samengevat – zelf soortgelijke vorderingen in als de hiervoor onder 4.1 door Rail & OV jegens Ballast Nedam opgenomen vorderingen 1, 3, 5, 6 en 8.
reconventievordert
Ballast Nedamna wijziging van eis bij akte van 6 maart 2025 – samengevat – voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
vorderingen a t/m e.
Amrâth en DLVvoor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad – samengevat – te veroordelen:
vorderingen 9 tot en met 25.
5.Het geschil in de vrijwaringszaak
vorderingen i t/m v.
6.De beoordeling in de hoofdzaak
op gelijke voorwaarden als in deze overeenkomst met betrekking tot het retentierecht van de Aannemer is bepaald’ afstand doet van het retentierecht. Dat de afstand van het retentierecht ‘
op gelijke voorwaarden’ dient plaats te vinden, duidt erop dat de afstand van het retentierecht door Ballast Nedam jegens Rail & OV en Amrâth weldegelijk voorwaardelijk is bedoeld. Of Ballast Nedam in de praktijk voorwaarden heeft doorgelegd aan haar onderaannemers acht de rechtbank bij de uitleg van de afspraken tussen de beleggers en Ballast Nedam niet van belang. Voor zover geen voorwaarden zijn doorgelegd kan daaruit in ieder geval niet worden afgeleid dat de term ‘op gelijke voorwaarden’ inhield ‘onvoorwaardelijk’.
is al geregeld in de meerpartijenovereenkomst’. Volgens de rechtbank kan de bedoelde zin niet alleen zo worden gelezen dat in de MPO onvoorwaardelijke afstand wordt gedaan van het retentierecht. Het is niet ondenkbaar dat met deze zeer beknopte opmerking in de kantlijn van een conceptovereenkomst (waarbij Rail & OV bovendien geen partij was) is aangegeven dat de afstand van het retentierecht in algemene zin in de MPO is geregeld, zonder iets te willen zeggen over de vraag of dit wel of niet onder voorwaarden gebeurt. Hieraan komt dan ook beperkt gewicht toe bij de uitleg van 13 artikel van de MPO en het rechtvaardigt niet de conclusie dat het het retentierecht in artikel 13 MPO onvoorwaardelijk zou zijn.
eigen zelfstandige verplichting’ jegens Rail & OV en Amrâth heeft verplicht de woningen en het hotel – conform de tussen DLV en Ballast Nedam gesloten aannemingsovereenkomst – te voltooien en op te leveren als een beroep wordt gedaan op de afbouwgarantie. Deze afbouwgarantie kan, zoals volgt uit artikel 8 MPO, onder meer worden ingeroepen als DLV tekortschiet in de nakoming van haar verplichtingen uit de met Rail & OV en Amrâth gesloten realisatieovereenkomsten. Het is daarmee – indirect – ook juist bedoeld voor de situatie dat DLV haar verplichtingen jegens Ballast Nedam niet nakomt. Bij een beroep op de afbouwgarantie kunnen Rail & OV en Amrâth de afbouw laten plaatsvinden volgens de oorspronkelijke aannemingsovereenkomst, met eventuele wijzingen en aanvullingen die zij schriftelijk hebben goedgekeurd. Dat de aannemingsovereenkomst tussen DLV en Ballast Nedam inmiddels door Ballast Nedam is ontbonden, doet aan het voorgaande niet af.
nietis ontbonden (vordering 5) zal worden toegewezen.
- griffierecht € 9.825,00
- salaris advocaat € 1.535,50 (2,5 punt x € 614,00)
- nakosten € 178,00 (plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
7.De beoordeling in de vrijwaringszaak
- griffierecht € 9.825,00
- salaris advocaat € 10.892,50 (2,5 punt x € 4.357,00)
- nakosten € 178,00 (plus de verhoging zoals