ECLI:NL:RBAMS:2025:6469
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor opzetaanranding op het monument op de Dam
Op 26 augustus 2025 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen Abdoelrahman, die beschuldigd werd van opzetaanranding. De verdachte heeft op 17 augustus 2024 op het monument op de Dam seksuele handelingen verricht met een slapende man. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zijn penis tegen het gezicht van het slachtoffer heeft gehouden en zijn mond tegen de penis van het slachtoffer heeft gebracht, wat als seksuele handelingen met het slachtoffer wordt aangemerkt. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de primair en subsidiair ten laste gelegde opzetverkrachting en poging daartoe, omdat er onvoldoende bewijs was dat de verdachte zijn penis in de mond van het slachtoffer heeft gebracht. De rechtbank heeft echter de meer subsidiair ten laste gelegde opzetaanranding bewezen verklaard. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 14 maanden geëist, maar de rechtbank oordeelde dat een taakstraf van 180 uren passend was, gezien de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het feit dat hij een first offender is. De rechtbank is zich bewust van het taakstrafverbod, maar oordeelt dat in dit geval een onvoorwaardelijke gevangenisstraf geen enkel strafdoel dient. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, en de beslissing is genomen na een zorgvuldige afweging van de feiten en omstandigheden van de zaak.