ECLI:NL:RBDHA:2018:5514
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op grond van onvoldoende geloofwaardige identiteit en nationaliteit
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 mei 2018 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, die stelt Eritrees te zijn en in Sudan geboren, heeft zijn asielaanvraag ingediend op 15 februari 2018. De aanvraag is door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid afgewezen als ongegrond, omdat de identiteit, nationaliteit, herkomst en etniciteit van eiser niet geloofwaardig werden geacht. Eiser heeft geen originele identificerende documenten overgelegd en zijn verklaringen werden als te vaag en summier beoordeeld. Tijdens de zitting op 12 april 2018 is eiser bijgestaan door een gemachtigde en was er een tolk aanwezig. De rechtbank heeft overwogen dat eiser niet voldoende inspanningen heeft geleverd om zijn identiteit en nationaliteit te onderbouwen, ondanks dat hij sinds juli 2016 in Europa verblijft. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat de asielaanvraag ongegrond is, omdat eiser zijn gestelde identiteit en nationaliteit niet aannemelijk heeft gemaakt. Het beroep van eiser is ongegrond verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.