Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 16 april 2020 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] , eiser
Procesverloop
28 januari 2019 een uitkering ingevolge de Wet Werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) toegekend. Daarnaast heeft verweerder de hoogte van eisers uitkering vastgesteld op € 1.261,20 bruto per maand, gebaseerd op een dagloon van € 83,50.
Overwegingen
genoten;
30 januari 2017, en niet het moment van arbeidsurenverlies in 2015. Verweerder heeft de referteperiode bepaald over de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016. Eiser heeft geen gronden aangevoerd tegen de vaststelling van de referteperiode als zodanig. De rechtbank ziet ook geen aanknopingspunten voor het oordeel dat verweerder de referteperiode onjuist zou hebben berekend. De referteperiode is dus de periode van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016.