ECLI:NL:RBDHA:2021:3279
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de afwijzing van asielaanvragen van Iraanse eisers op grond van bekering tot het christendom
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 maart 2021 uitspraak gedaan in de asielzaken van twee Iraanse eisers, die beweren te zijn bekeerd tot het christendom en vrezen voor vervolging in Iran. De eisers, bijgestaan door hun gemachtigde, hebben asiel aangevraagd op basis van hun bekering en de vrees voor vervolging door de Iraanse autoriteiten. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvragen afgewezen als kennelijk ongegrond, met de stelling dat de verklaringen van de eisers ongeloofwaardig zijn. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de staatssecretaris het relaas van de eisers niet integraal op geloofwaardigheid heeft beoordeeld, met name het bijwonen van huiskerkbijeenkomsten door eiser. De rechtbank heeft vastgesteld dat het bijwonen van deze bijeenkomsten een relevant element is dat niet als ongeloofwaardig kan worden aangemerkt zonder een zelfstandige beoordeling. De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en de staatssecretaris opgedragen om opnieuw op de aanvragen te beslissen, met inachtneming van de uitspraak. Tevens zijn de proceskosten van de eisers vergoed.