ECLI:NL:RBDHA:2021:7546
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L.A. Banga
- R.P. Stehouwer
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van verstrekkingen aan asielzoeker zonder acute medische noodsituatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 juni 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een asielzoekster, geboren in 1948 en van Angolese nationaliteit, en het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA). De eiseres had tegen een besluit van het COA beroep ingesteld, waarin de verstrekkingen op grond van de Regeling verstrekkingen asielzoekers en andere categorieën vreemdelingen 2005 (Rva 2005) per 3 februari 2021 werden beëindigd. Eiseres had eerder uitstel van vertrek gekregen, maar haar aanvraag voor een verblijfsvergunning was afgewezen. Tijdens de zitting op 30 maart 2021 was eiseres niet verschenen, maar haar gemachtigde was aanwezig.
De rechtbank overwoog dat het COA terecht de verstrekkingen had beëindigd, omdat eiseres niet onder de categorieën viel die recht hadden op opvang volgens de Rva 2005. De rechtbank stelde vast dat eiseres geen acute medische noodsituatie had die het COA verplichtte om opvang te bieden. De rechtbank benadrukte dat het aan de vreemdeling is om aan te tonen dat er sprake is van bijzondere omstandigheden die opvang rechtvaardigen. Eiseres had enkel gesteld dat zij medische hulp nodig had, maar dit was volgens de rechtbank onvoldoende om aan te nemen dat er sprake was van een acute noodsituatie.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om een voorlopige voorziening af. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar gemaakt op rechtspraak.nl en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen vier weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.