Uitspraak
Rechtbank den haag
1.De procedure
2.De feiten
“for one offence of
“approximately 40 kilograms of methamphetamine, and its analogue paramethoxymethamphetamine (otherwise known as PMMA or 4-methoxymethamphetamine)”en het delict is volgens de Australische autoriteiten gepleegd in 2012/2013. In een toelichting van de Assistant Director van het Australische openbaar ministerie wordt toegelicht dat voor de feiten waarvoor uitlevering wordt gevraagd als maximumstraf een levenslange gevangenisstraf en/of een geldboete van AUD 825.000,= geldt, maar dat mede op basis van een veroordeling van een medeverdachte wordt ingeschat dat
“it is very unlikely that [eiser] would receive a sentence of life imprisonment or a non-parole periode of 25 years or more”.
dat zij de Nederlandse autoriteiten na uitlevering niet zullen vragen om aanvullende toestemming om cliënt ook te kunnen vervolgen voor andere feiten dan het feit waarvoor thans uitlevering wordt gevraagd;
dat cliënt in Australië geen levenslange gevangenisstraf zal worden opgelegd, ook niet wanneer hij hetgeen ten laste is gelegd, ontkent; en
3.Het geschil
- primair:de Staat te verbieden om [eiser] uit te leveren aan Australië
- subsidiair:de Staat te gebieden:
meer subsidiair:de Staat te verbieden [eiser] uit te leveren zolang de Staat:
- het tegen zijn wil en zonder recht en titel (laten) meenemen van [eiser] uit een restaurant in [land 2] door de [land 2] autoriteiten;
- de contra-legem uitzetting van [eiser] vanuit [land 2] naar Nederland in plaats van naar [land 1] ;
- de onduidelijkheid over de betrokkenheid van de Australische autoriteiten bij die gebeurtenissen;
- het feit dat de Australische autoriteiten de Nederlandse autoriteiten al voor de uitzetting uit [land 2] hadden geïnformeerd over de verwachte aankomst van [eiser] in Nederland;
- het verschil in uitleveringsrecht tussen Nederland en [land 1] ;
- de uitlatingen van de Australische autoriteiten over [eiser] en zijn beweerdelijk omvangrijke drugsyndicaat in de media;
- het relatief geringe feit waarvoor nu uitlevering wordt gevraagd in relatie tot die uitlatingen;
4.De beoordeling van het geschil
bewijsbareverdenkingen tegen [eiser] en van het voornemen om te dien aanzien tot vervolging over te gaan.
- [eiser] moet een rechtmatig belang hebben bij de gevorderde stukken;
- de stukken moeten voldoende bepaald zijn en
- de stukken moeten betrekking hebben op een rechtsbetrekking waarbij [eiser] betrokken is.