ECLI:NL:RBDHA:2022:13980

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
27 december 2022
Publicatiedatum
22 december 2022
Zaaknummer
AWB - 21_3873
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de beëindiging van de ZW-uitkering in het kader van de zorgvuldigheid van de besluitvorming en de equality of arms

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 27 december 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. W.C. de Jonge, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), vertegenwoordigd door G.M. Folkers-Hooijmans. Eiseres had een Ziektewet (ZW) uitkering die per 4 oktober 2020 werd beëindigd. Eiseres was van mening dat deze beëindiging onterecht was en heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld aan de hand van de Korošec-norm, die drie stappen omvat: de zorgvuldigheid van de besluitvorming, de equality of arms en de inhoudelijke beoordeling. De rechtbank concludeert dat de medische rapporten zorgvuldig zijn opgesteld en dat eiseres voldoende gelegenheid heeft gehad om haar standpunt te onderbouwen. De rechtbank oordeelt dat de verzekeringsartsen de medische gegevens correct hebben gewogen en dat de geselecteerde functies voor eiseres passend zijn. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beëindiging van de ZW-uitkering per 4 oktober 2020.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 21/3873

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 december 2022 in de zaak tussen

[eiseres], te [woonplaats], eiseres

(gemachtigde: mr. W.C. de Jonge),
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), verweerder
(gemachtigde: G.M. Folkers-Hooijmans).

Procesverloop

In het besluit van 3 september 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder meegedeeld dat de uitkering die eiseres ontving op grond van de Ziektewet (ZW) per 4 oktober 2020
wordt beëindigd.
In het besluit van 4 mei 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
Eiseres heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft via een beeldverbinding (Teams) plaatsgevonden op
22 november 2022. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigde.

Overwegingen

Wat vooraf ging aan deze procedure
1.1
Eiseres werkte via het uitzendbureau als tuinbouwmedewerkster voor 28,57 uur per week. Op 4 juli 2019 meldde zij zich voor dit werk ziek met lichamelijke en psychische klachten, waarna aan haar een ZW-uitkering is toegekend.
1.2
In het kader van de eerstejaars ZW-beoordeling heeft een medisch en arbeidskundig onderzoek plaatsgevonden. De bevindingen daarvan zijn neergelegd in het rapport van de verzekeringsarts van 18 augustus 2020 en het rapport van de arbeidsdeskundige van 2 september 2020. De beperkingen van eiseres zijn vastgelegd in de Functionele Mogelijkheden Lijst (FML) van 14 augustus 2020. Op basis van deze FML heeft de arbeidsdeskundige een aantal functies voor eiseres geselecteerd. Op basis van die functies kan eiseres meer dan 65% van haar laatste loon verdienen. Verweerder heeft vervolgens de ZW-uitkering van eiseres met ingang van 4 oktober 2020 stopgezet.
1.3
Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt. Naar aanleiding daarvan heeft verweerder opnieuw een medisch onderzoek laten uitvoeren. De bevindingen van dat onderzoek zijn neergelegd in het rapport van de verzekeringsarts bezwaar en beroep (b&b) van 16 april 2021. De verzekeringsarts b&b vindt dat er geen reden is om af te wijken van het medisch oordeel van de eerste verzekeringsarts.
1.4
De arbeidsdeskundige b&b heeft ook een herbeoordeling verricht. Hij komt tot de conclusie dat de functies die de eerste arbeidsdeskundige heeft geselecteerd niet allemaal (volledig) passend zijn. De functies archiefmedewerker (SBC-code 31532) en elektrotechnisch medewerker (SBC-code 267071) vindt hij wel passend voor eiseres. Dit geldt ook voor de functie teamondersteuner (SBC-code 315100) mits het gebruik van toetsenbord beperkt kan blijven tot vier uur per dag. Op basis van die functies kan eiseres nog steeds meer dan 65% van haar laatste loon verdienen. Verweerder heeft hierna het bezwaar ongegrond verklaard.
Standpunt van eiseres
2. Eiseres voert aan dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep (b&b) niet heeft gemotiveerd hoe de psychische en lichamelijke klachten die naar voren komen in de medische informatie van de huisarts, reumatoloog en de psychiater zijn vertaald naar de FML. Ten onrechte is naar de klachten van eiseres geen functioneel onderzoek verricht. Eiseres vindt ook dat zij de geduide functies niet kan verrichten vanwege haar beperkingen. Ten onrechte is de functie teamondersteuner niet komen te vervallen.
Beoordeling door de rechtbank
3. De rechtbank dient in deze zaak te beoordelen of verweerder de mate van arbeidsongeschiktheid van eiseres per 4 oktober 2020 (de datum in geding) juist heeft vastgesteld. Daartoe toetst de rechtbank aan de hand van de aangevoerde beroepsgronden of verweerder de medische beperkingen correct heeft vastgesteld en of eiseres, rekening houdend met deze beperkingen, in staat is de geselecteerde functies te verrichten.
4. Voor zover eiseres in haar beroepschrift verwijst naar dat wat zij in bezwaar heeft aangevoerd, overweegt de rechtbank dat het aan eiseres is om in beroep gemotiveerd en specifiek aan te voeren waarom zij het niet eens is met het bestreden besluit. De verwijzing naar het bezwaarschrift wordt niet als een gemotiveerde en specifieke betwisting opgevat. Daarop is immers gereageerd in het bestreden besluit. Eiseres zal dus moeten aanvoeren waarom zij het met die reactie niet eens is. Gelet hierop zal de rechtbank het beroep beoordelen aan de hand van de in beroep uitgewerkte gronden en niet aan de hand van hetgeen in bezwaar is aangevoerd.
5. Uitgangspunt is dat verweerder zich mag baseren op de rapporten van de verzekeringsarts bezwaar en beroep (b&b) en de arbeidsdeskundige b&b als deze voldoen aan de eisen die in de rechtspraak zijn geformuleerd. De rapporten moeten zorgvuldig tot stand zijn gekomen, geen tegenstrijdigheden bevatten en de conclusies moeten logisch voortvloeien uit de onderzoeksbevindingen. Als de rapporten aan deze eisen voldoen en eiseres het niet eens is met de inhoud van een rapport, moet zij een gestelde onjuistheid aannemelijk maken.
Medische beoordeling
6. Eiseres heeft een beroep gedaan op het Korošec-arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM). [1] Dit arrest is door de Centrale Raad van Beroep (CRvB) nader uitgewerkt, in die zin dat de CRvB een beoordeling in drie stappen onderscheidt, te weten: de zorgvuldigheid van de besluitvorming, de equality of arms en de inhoudelijke beoordeling. [2] De rechtbank toetst de medische beoordeling van de verzekeringsartsen aan de hand van deze drie stappen.
Stap 1: De zorgvuldigheid van de besluitvorming
7.1
De rechtbank is van oordeel dat de medische rapporten zorgvuldig, zonder tegenstrijdigheid en begrijpelijk zijn. De eerste verzekeringsarts heeft het dossier bestudeerd en heeft onderzoek gedaan naar de klachten van eiseres. Uit het rapport van de eerste verzekeringsarts volgt dat eiseres uitgebreid aan het woord is geweest. Alle klachten staan op uitvoerige wijze vermeld in het dossier. Ook is eiseres zowel lichamelijk als psychisch onderzocht. Verder blijkt uit het rapport dat de eerste verzekeringsarts medische informatie heeft opgevraagd bij de huisarts en de psycholoog van eiseres. Ook zijn diverse verzekeringsgeneeskundige protocollen betrokken bij de beoordeling die de eerste verzekeringsarts heeft verricht.
7.2
Ook de verzekeringsarts b&b heeft het dossier bestudeerd, waarbij hij kennis heeft genomen van de ontvangen medische informatie van de huisarts, de reumatoloog en de psycholoog. De verzekeringsarts b&b heeft ook deelgenomen aan de digitale hoorzitting op 16 februari 2021 waarbij eiseres aanwezig was. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de verzekeringsarts b&b gemotiveerd, inzichtelijk en zonder tegenstrijdigheden beargumenteerd hoe zijn beoordeling tot stand is gekomen. Dit betekent dat de rapporten aan de drie voorwaarden voldoen.
Stap 2: Equality of arms
8. De rechtbank is verder van oordeel dat eiseres voldoende gelegenheid heeft gehad om haar standpunt dat de medische beoordeling van de verzekeringsartsen niet juist is, te onderbouwen met medische gegevens en tegenbewijs te leveren. Dat van haar wordt verlangd met een begin van bewijs of een concreet aanknopingspunt te komen ter onderbouwing van de betwisting van het oordeel van de verzekeringsartsen, acht de rechtbank niet in strijd met het recht op een eerlijk proces en het beginsel van equality of arms. Daarbij komt dat de verzekeringsarts b&b in de bezwaarfase de beschikking had over medische informatie van de behandelend artsen van eiseres. De verzekeringsarts b&b heeft de informatie van de behandelend artsen inzichtelijk bij zijn oordeelsvorming betrokken, zodat deze door de rechter kan worden getoetst. Uit het arrest Korošec volgt niet dat de rechter gehouden is in een situatie als hier aan de orde, een medisch deskundige te benoemen. Van een situatie waarin geen evenwicht is tussen partijen in hun mogelijkheid om bewijsmateriaal aan te dragen en/of eiseres in bewijsnood verkeert, is gelet op het voorgaande immers geen sprake. Eiseres heeft voldoende gelegenheid gehad om in voldoende mate weerwoord te bieden aan wat de verzekeringsartsen hebben aangevoerd ter onderbouwing van het bestreden besluit.
Stap 3: Inhoudelijke beoordeling
9. De rechtbank is van oordeel dat de medische belastbaarheid van eiseres op de datum in geding in de rapporten van de verzekeringsartsen op inhoudelijk overtuigende wijze is gemotiveerd. Het beroep van eiseres geeft geen aanleiding om aan de juistheid daarvan te twijfelen. De rechtbank stelt voorop dat het tot de taak en de deskundigheid van verzekeringsartsen behoort om de medische gegevens te wegen en te vertalen in beperkingen voor arbeid. De verzekeringsarts b&b heeft voldoende gemotiveerd dat er geen redenen zijn om meer of aanvullende beperkingen aan te nemen. Hierbij heeft hij, anders dan eiseres stelt, kenbaar de medische informatie van de behandelend artsen betrokken. Zo heeft hij uit de informatie van de reumatoloog afgeleid dat bij eiseres inmiddels het syndroom van Sjögren is vastgesteld. De klachten die hiermee verband houden zijn volgens de verzekeringsarts b&b duidelijk verwoord in het rapport van de eerste verzekeringsarts. Dit geldt ook voor de psychische klachten. De huidige verwijzing van de huisarts naar de psychosomatische fysiotherapeut past volgens de verzekeringsarts b&b bij de al aangegeven klachten. Zowel voor de psychische klachten als de lichamelijke klachten zijn diverse beperkingen vastgelegd in de FML. Eiseres is namelijk aangewezen op werk met een voorspelbare werksituatie, zonder veelvuldige storingen en onderbrekingen, zonder veelvuldige deadlines of productiepieken en werk zonder hoog handelingstempo dat geen leidinggevende aspecten bevat. Ook is eiseres beperkt ten aanzien van conflicthantering en werk met leidinggevende aspecten. Ook zijn er diverse beperkingen aangenomen voor fysiek zwaar werk. Deze beperkingen zijn vastgelegd in de rubrieken dynamische handelingen, statische houdingen en werktijden van de FML. Het is de rechtbank niet gebleken dat eiseres hiermee tekort is gedaan. Eiseres heeft geen medische informatie ingebracht die reden geeft voor twijfel aan het medisch oordeel van de verzekeringsarts b&b. De rechtbank ziet dan ook geen aanleiding om een deskundige te benoemen, zoals door eiseres is verzocht.
Arbeidskundige beoordeling
10.1
De rechtbank stelt voorop dat zij uitgaat van de juistheid van de FML van
14 augustus 2020. Op basis van die FML zijn de functies geduid. Hierbij is dus rekening gehouden met de beperkingen die van toepassing zijn. Dit betekent dat de belasting in deze functies de mogelijkheden van eiseres niet overschrijdt. Daarbij komt dat de signaleringen die door het CBBS zijn gepresenteerd als teken van een mogelijke overschrijding van de belastbaarheid, door de arbeidsdeskundige b&b afdoende zijn voorzien van een toelichting.
10.2
De rechtbank is ook van oordeel dat afdoende is komen vast te staan dat de (resterende) functies teamondersteuner, vallend onder de functie administratief ondersteunend medewerker, op het aspect werken met toetsenbord en/of muis, passend zijn voor eiseres. Eiseres is voor dit aspect licht beperkt geacht. Dit betekent dat zij gedurende een beperkt deel van de dag (ongeveer 4 uur) met toetsenbord en/of muis kan werken. Uit het resultaat functiebeoordeling van deze functies blijkt dat deze belasting dagelijks gedurende ongeveer 3 of 4 uur voorkomt. Er is dus geen sprake van een overschrijding van de belastbaarheid van eiseres op dit aspect.
10.3
Uit het vorenstaande volgt dat de geduide functies op goede gronden zijn gebruikt door verweerder voor de schatting.
Conclusie
11. Gelet op al het voorgaande geeft de rechtbank eiseres geen gelijk en verklaart de rechtbank haar beroep ongegrond. De beëindiging van de ZW-uitkering per 4 oktober 2020 blijft dus in stand.
12. Voor een proceskostenveroordeling is geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.J. van der Ven rechter, in aanwezigheid van
S.J.W. Stort, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 27 december 2022.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Bent u het niet eens met deze uitspraak?

Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Centrale Raad van Beroep waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.

Voetnoten

1.EHRM 8 oktober 2015, ECLI:CE:ECHR:2015:1008JUD007721212, zaaknummer 77212/12 (Korošec).
2.Zie de uitspraken van de CRvB van 30 juni 2017 en 5 augustus 2021 (ECLI:NL:CRVB:2017:2226 en ECLI:NL:CRVB:2021:1960).